Vaders 24 juli 2017

We kennen de vaders die bij de eerstgeboren zoon heimelijk de wens
koesteren dat hij een beroemde voetballer wordt. Tegen de buitenwereld
verkondigen ze dat het kind vooral gelukkig moet worden, maar in hun
dromen zien ze het kleine hoopje mens al in een shirt van een club met
wereldfaam.

Ze doen er in de jaren daarna alles aan om het jongetje iets bij te brengen wat
de vaders zelf de liefde voor het spel noemen. Ze begeleiden de kleine naar
trainingen en staan zaterdags uren langs de lijn.

Waarom eigenlijk? Zodra het kind getalenteerd blijkt en op z’n twaalfde wordt
ontdekt komt het grotendeels onder de hoede van andere mannen.
Schreeuwen we moord en brand als een man iets te lang naar ons kind kijkt en
het over de bol aait, zodra een man ons kind bij de hand neemt op weg naar
het trainingscomplex van een grote club, geven we ons helemaal over.

Die andere mannen stippelen het leven van het kind uit met als doel dat zijzelf
rijk worden. Wat blijft er over van de echte vaders? Waar hopen ze dan nog
op? Dat ze de vader van . . . . zijn? Dat ze meesurfen op de roem van een kind
dat ze nauwelijks meer zien en wiens leven ze na jaren alleen nog maar
kennen uit de voetbalbladen? Wanneer zien ze hun zoon? Door de week zijn
ze zelf druk als accountmanager en in het weekend zien ze hem alleen vanaf
de tribune. Ok, de seizoenskaart is gratis en na afloop mogen ze even in de
catacomben in de hoop dat hun kind na het gewauwel met de sponsors even
tijd heeft om te informeren hoe het met oma gaat.

De vaders die hopen op een wereldvoetballer, maar die op de eerste echo al
zien dat ze een dochter krijgen, roepen alleen nog maar dat ze hopen dat hun
kind gelukkig wordt. Tot deze week de Nederlandse voetbalvrouwen de
geschiedenis van het spelletje een hele nieuwe wending gaven. Voortaan
kunnen ook dochters beroemde voetballers worden. Hun verdiensten zullen
structureel minder zijn en de roem navenant, maar ook op weinig roem kun je
meesurfen.

Er breekt een hele nieuwe tijd aan voor de vaders met grootse dromen.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Barbacua 19 juli 2017

(Door Ab Klaassens)

Wat voor de oorspronkelijke bewoners van de Caraïbische eilanden de
barbacua was is voor de Europeanen, al dan niet verhuisd naar Amerika, de
barbecue geworden.

De door westerse ziekten en het geloof van Rome uitgeroeide oorspronkelijke
bevolking gebruikte de barbacua voor het roosteren van een zoete aardappel
of een zelf gevangen visje boven een bescheiden vuurtje van droge takken.

Recentelijk was ik gast van een barbecue-party  in de tuin van een  echtpaar
dat niet zuinig hoeft te zijn. Daar stonden vier gastgestookte roosters op een
rij, elk met een afmeting van een halve vierkante meter. De gastheer kwam uit
zijn kelder met enkele kratten vol in plastic verpakte vleselijke voorwerpen.

Ik herkende gekookt varkensvlees samengeperst tot iets dat op een karbonade
moest lijken, ik zag schijven oranje worst die moesten doorgaan voor
hamburgers, er waren lange repen buikspek, bruin van de suiker,  en ik zag
stukjes vlees op stokjes , vermoedelijk sateh van kip, het enige echte.

Mijn ellende was dat de gastheer van mij verlangde dat ik die rommel op zijn
gasvuurtje opwarmde en van roostersporen voorzag.

Wijlen mijn zwager had ook een hekel aan dat gedoe. Hij noemde het
barbeknoeien.

  1. Wieneke (reply)

    19 juli 2017 at 17:15

    Brrrrr…. barbecue. Mag ik passen?

  2. Groninganus (reply)

    23 juli 2017 at 19:47

    Ik doe ook niet mee.

    Vooral met rood vlees heeft menigeen zich dankzij de bbq de gekke koeienziekte op de hals gehaald. Vaak wordt immers alleen het buitenkantje gaar. En als een stuks vlees wel van binnen gaar wordt, zit er zoveel verkoold spul op de buitenkant dat je een acute maagkanker riskeert. 🙂

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vrouwenvoetbal 18 juli 2017

Vandaag spelen de IJslandse voetbalvrouwen in Tilburg een EK-wedstrijd tegen de Franse vrouwen.
Ik heb een fantastische IJslandse vriendin (die toevallig in Tilburg woont) en ik kan u verzekeren dat
als haar voetballende landgenotes maar de helft van haar spirit hebben, de Franse dames al zullen
zijn afgeschminkt voordat het laatste fluitsignaal klinkt.

Vrouwenvoetbal (tot voor enkele jaren geleden om mij volstrekt onbegrijpelijke redenen nog damesvoetbal
genoemd) is hot. Sinds onze eigen Leeuwinnen de eerste wedstrijd tegen de Vikingladies van Noorwegen
wonnen met goed voetbal, zijn zelfs de meest zure mannen om. Zelfs die ene met die snor.

Ook op onze redactie hoor ik zoetjesaan geluiden dat vrouwenvoetbal helemaal niet zo raar is.
We hebben zelfs twee vrouwen op de redactie die het spelletje jaren hebben gespeeld en die nu
postuum respect krijgen van de grootste criticasters.

Ik verblijf regelmatig in het buitenland onder voetbalsupporters als één van de maten. Ik weet hoe
het daar toe gaat. De mannen klitten doorgaans samen op een tevoren aangewezen plein alwaar ze
zoveel mogelijk bier drinken. Bij slecht weer plakken ze tegen elkaar in Irish Pubs dan wel Hardrock
café’s, zo die er zijn.

Een opvallend kenmerk van eencellige mannelijke supporters is dat ze voortdurend liedjes zingen als
er – bij voorkeur – hoogbenige blonde vrouwen langs komen. In die liedjes worden de vrouwen
uitgedaagd lichaamsdelen te tonen die deze zingende dombo’s uitsluitend uit de Wehkampgids kennen.
Deze amoeben schreeuwen ook dat piemels daar in moeten wat ze alleen van horen zeggen kennen.

Ik ben heel benieuwd wat de supporters van de vrouwenteams doen. Die kunnen het toch niet maken
om zo seksistisch tekeer te gaan, terwijl ze later vrouwen aanmoedigen.

Ik hoop eerlijk gezegd dat de IJslandse supporters in Tilburg vandaag hun Franse opponenten
gek maken met het inmiddels wereldberoemde Vikingclapping, waarbij mij als voetbalsupporter nog
steeds de rillingen over de rug lopen en de tranen van in de ogen springen.

 

 

 

  1. Wieneke (reply)

    18 juli 2017 at 18:06

    Een beetje als de haka’s van de Nieuw-Zeelandse rugbyploeg All Blacks. Ook behoorlijk intimiderend 🙂

    Zie het filmpje: https://youtu.be/yiKFYTFJ_kw

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Leeg 15 juli 2017

(Door Ab Klaassens)

Soms lees of hoor ik dat iemand iets heeft gedaan met een leeg pak melk. Dat
komt voor in diverse varianten zoals lege flesjes bier en een lege zak chips.

Ik zou de voorkeur geven aan een leeg melkpak, een leeg bierflesje en een lege
chipszak, maar ik begin te denken dat mijn taal niet meer van deze tijd is.

Wat mij ook zeer verwondert is het gebruik van het woord ‘fotofinish’ . In een
van de etappes van de Tour de France kwamen twee sprinters ogenschijnlijk
precies tegelijk over de meet.

“Er moest een fotofinish aan te pas komen om vast te kunnen stellen wie er
had gewonnen”, meldden de verslaggevers.

Toen ik, lang geleden, wel eens over sport schreef voor een krant was het nog
een finishfoto.

Vermoedelijk zal ik, zo lang ik nog een tekstverwerker kan bedienen,
meedeinen in de taalpolonaise omdat een fout, mits vaak herhaald uiteindelijk
de norm wordt.

Een mooi voorbeeld is de versmelting van twee op elkaar lijkende
uitdrukkingen: Dat maakt deel uit van en Dat is een onderdeel van. De
versmelting leidt tot: Dat maakt onderdeel uit van.

Wie nu nog zegt ‘dat maakt deel uit van’ heeft  gelijk maar krijgt het niet.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Knoopjes 14 juli 2017

Mijn vrouw vertelde dat ze nergens knoopjes had kunnen vinden voor een
babytruitje dat ze had gebreid voor het kindje dat  binnenkort bij de buren
wordt geboren.

Mijn vrouw had gezocht op de markt en bij Smitje. Nergens hadden ze wat ze
zocht en iedere Eindhovenaar weet dat als Smitje het niet heeft, niemand het
heeft.

Maar mijn oog was bij binnenkomst van de kamer al wel gevallen op een
doosje met vakjes waarin gekleurde dingetjes zaten. “Maar waar heb je die
knoopjes dan wel gekocht?” vroeg ik, wijzend op het doosje.

Dat waren geen knoopjes, dat waren benodigdheden van een visser. Ik keek
eens goed en zag haakjes, loodjes, snoertjes en meer van dat soort spul
waarmee wij in onze kindertijd naar de Waal trokken om voorntjes te vangen.

Ik keek mijn vrouw verwonderd aan. Het doosje zat ik een pakje dat in de
brievenbus lag. Het was verstuurd vanuit China en aan haar gericht. Ze had
het niet besteld, verzekerde ze me. Dat laatste had ze niet hoeven zeggen, want
mijn vrouw houdt niet van vissen, zo goed ken ik haar wel.

De vraag is nu welke van de 1 miljard Chinezen is bezig mijn vrouw binnen
te hengelen en met cadeautjes en met welk doel?

 

  1. Eric Vervoordeldonk (reply)

    14 juli 2017 at 08:50

    Aha, jullie hebben een nieuwe manier van phishing ontdekt 😀

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lek van den Bosch 13 juli 2017

De komende weken zal hemel en aarde bewogen worden om te achterhalen wie het Lek
van Den Bosch is. Gisteren onthulde het Brabants Dagblad dat niet de inmiddels voorgedragen
Jack Mikkers, maar Jan Hamming de eerste keus was voor het burgemeesterschap van de
hoofdstad. Er was gelekt.

Als alles volgens de platgetreden paden gaat zal er een officieel onderzoek komen. In veel
gevallen is de conclusie daarna dat niet te achterhalen is wie gelekt heeft. Wat dan blijft is
een brok frustratie en onderling wantrouwen.

Het is maar de vraag of er in het Bossche geval vanuit de vertrouwenscommissie is gelekt.
Ik kan niet 1-2-3 bedenken wie daar voordeel bij heeft. Soms gaat lekken langs heel banale
stroompjes.

Je hebt de lekkers die er persoonlijk of algemeen belang bij hebben om journalisten
informatie toe te spelen. Er mensen die bewust lekken om misstanden aan de kaak stellen.
Daar kun je als organisatie niks anders aan doen dan die misstanden voorkomen. Soms zijn
er van die sneaky lekkers die er persoonlijk beter van worden. Dat zijn voor journalisten de
meest lastige want voor je het weet laat je je voor een karretje spannen.

Dan heb je nog de mensen die niet in de gaten hebben dat ze lekken. Stel je bent lid van
een vertrouwenscommissie en je worstelt. Op een dag vraagt je vrouw waarom je al dagen
chagrijnig bent tegen de kinderen. Je vertelt je verhaal en denkt dat je vrouw wel begrijpt dat
ze daar met niemand over mag praten. ’s Avonds haalt je vrouw de kinderen op bij oma. Oma
zegt dat de kinderen hebben geklaagd dat pappa chagrijnig is. Je legt oma uit wat er aan de
hand is en bindt haar op het hart te zwijgen. Oma, trots op haar schoonzoon in de gemeenteraad,
vertelt ’s avonds op de verjaardag van de buurvrouw, hoe het raadslid worstelt. Iets met een
burgemeestersbenoeming. De buurvrouw heeft een neefje bij de krant die ze wel eens een
keer wil aftroeven met geheimpjes. De buurvrouw tipt het neefje dat er iets goed mis is ten
stadhuize. Het neefje is een goede journalist met een netwerk en doet zijn werk.

Dan heb je nog de dombo’s onder de lekkers. Een praktijkvoorbeeld. We hebben meneer A,
zijn partner vriendin B en haar vriendin C. C. tipt de redactie over een zaak die op dat moment in
Brabant van groot gewicht is. Ze heeft het van B. en die heeft het van partner A. die erbij betrokken
is. C. vraagt ons alle sporen die naar haar zouden kunnen leiden te wissen want dat zou haar de
vriendschap met vriendin B. kosten. Met zulke vrienden heb je geen vijanden meer nodig.

Je vraagt je af waarom zo’n vrouw haar vriendschap op het spel zet. Volgens mij is dat een
menselijke trek. Mensen kunnen maar moeilijk geheimen bewaren. Ze willen zich met heimelijke
informatie belangrijk maken.

Facebook staat overigens vol met dingen die voor betrokkenen beter binnenskamers kunnen
blijven. Mensen lekken daar onophoudelijk omdat ze denken dat niemand anders dan hun eigen
vrienden dat zien. Ze hebben niet in de gaten dat elk mediabedrijf de hele dag alle social media afstroopt.
Besloten groepen zijn niet zo besloten als mensen denken.

Er is wel eens een vergelijking getrokken tussen de ouderwetse dorpspomp en de social media.
Er is één verschil: als je water uit de dorpspomp wilde moest je zwengelen, social media daarentegen
stromen vanzelf over.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Zorg 12 juli 2017

Er is al een week lang gedoe in Eindhoven over het geld dat de stad uitgeeft
aan zorg. Het Eindhovens Dagblad schrijft er dagelijks artikelen over. Sinds
de financiering van de zorgtaken overgeheveld zijn van het rijk naar de
gemeenten lijkt er iets te gebeuren wat de politiek niet wilde voorzien. De
zorginstellingen maken plotseling enorme winsten.

De krant heeft uitgezocht dat Eindhoven een overeenkomst heeft met 308
zorginstellingen waarvan er 217 uit de regio komen. 308, dat is een getal waar
ik als kind dat is opgegroeid met het groene-, en het witgele kruis, de
schooldokter en één sociale werkplaats voor de kinderen uit het dorp die niet
mee konden komen op school, van schrik.

De krant heeft ook een aantal voorbeelden van zorgverleners die goud geld
verdienen aan hun werk. Een Veldhovens bedrijfje dat psychologische hulp
verleent zag de winst in één jaar stijgen van 206.000 naar 730.000 euro.  Een
bedrijfje in Budel dat aan thuisbegeleiding doet had in 2015 een winst van
1650 euro. Nadat de gemeente de rekeningen betaalde steeg die winst in 2016
naar 140.000 euro. Er zijn zorginstellinkjes waarvan de winst éénderde is van
de omzet.

Ik lees de verhalen elke dag met stijgende verbazing en met waardering voor
de journalisten van de krant, wier inspanningen naar ik mag hopen
uiteindelijk tot enige beweging op het Binnenhof mogen leiden. Vandaag las ik
een verhaal over een zorginstellinkje in Geldrop dat hoogbegaafde autistische
kinderen begeleidt. In 2015 tienduizend euro verlies, in 2016 240.000 euro
winst.

In datzelfde artikel stond nog iets dat mij mijn wenkbrauwen deed fronsen.
Diezelfde Geldropse instelling had eind 2014 95 cliënten, nu 225. Datzelfde
geldt voor al die honderden grote en kleine instellingen die in mijn stad hulp
verlenen. De vraag die mij als inwoner van de stad nu vooral bezig houdt is:
zijn er sinds de overheveling van de financiering zoveel mensen meer van het
pad geraakt dat ze zonder hulp niet meer door het leven kunnen? En kwamen
ze daar zelf achter of werden ze daar door handige zorgzakenmannetjes en
–vrouwtjes op gewezen?

  1. Miranda (reply)

    13 juli 2017 at 08:47

    De gemeente duwt iedereen met een zorgbehoefte richting een zorgverlener waarmee ze zelf een contract hebben afgesloten. Dat zorgt ervoor dat er niet mèèr mensen zorg nodig hebben, maar dat deze zorg daar wordt ingekocht waar de gemeente het wil.
    Onder dit koren van Zin aanbieders bevind zich nog veel kaf. En dat mogen ambtenaren die er geen verstand van hebben scheiden.
    Ik denk dat we de komende jaren nog veel artikelen gaan lezen van fraude door instellingen

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Bordjes 12 juli 2017

(Door Ab Klaassens)

In een Amsterdamse plas waar mensen vertier en verkoeling zoeken is een
kind  verdronken. Sommige mensen vinden dat de overheid daarvoor
verantwoordelijk is. Andere mensen vinden dat de ouders beter toezicht op
hun kroost moeten houden.

De gemeente gaat gratis zwembandjes uitreiken en plaatst langs de waterkant
bordjes met de tekst “zwemmen op eigen risico”.

Ik strompel op mijn oude benen naar een plantsoentje in de buurt. Daarvoor
moet ik een ‘wijkontsluitingsweg’ passeren waar dertig mag en zestig wordt
gereden. Er staan geen bordjes met de tekst “oversteken op eigen risico”.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Ad Maas 8 juli 2017

(Door Marlies)

Een kort regeltje op Whatsapp slaat het gesprek waar in ik verwikkeld was
ineens dood: ‘Ad Maas is vanochtend overleden’, appt mijn echtgenoot. Ik laat
verbijsterd mijn iPhone zakken. Dat hij op de nominatie stond om te gaan wist
ik, dat het nu al zou gebeuren wist ik niet.

Ik verdenk hem ervan daar zelf de hand in te hebben gehad, hij was geen type
voor een ziekbed. Hij was ook geen type om oud te worden.  Hij was meer een
type van het Leven met een grote L:  aan de voor-, achter-, onder- en
bovenkant heeft hij geleefd, Ad Maas, en aan die vier kanten is hij opgebrand.
En zo moest het zijn. Amen.

Goeie herinneringen heb ik aan hem, die de prik van zijn overlijdensbericht
verzachten. Goeiendag, wat heb ik een goeie herinneringen aan hem. Het
leukste verhaal (het is moeilijk kiezen, maar allá ik doe het, anders word ik
weer eens te lang van stof) heb ik hier voor u. Misschien heb ik het al eens
verteld, maar dat kan me niet schelen.

Hoe het contact tot stand kwam weet ik niet, waarschijnlijk via vriend en
pianist-begeleider Hans van den Eijnden – ook al weer meer dan twee jaar
dood – , maar op een goeie dag ging de telefoon. Of ik degene was die hoge c’s
kon zingen tot ongeveer in het oneindige? Ik schaterde en beaamde het met
trots: ik kon  (en kan) hoge c’s zingen alsof het niets is, als ik eenmaal die plek
ergens in mijn masker gevonden heb en er adem onder zet  kan ik hoge c’s
zingen tot het moment dat de stembanden van andere, betere sopranen er
allang de brui aan gegeven hebben.

Het is niet eens een verdienste, het is meer het ‘masteren’ van een kunstje.
Het zegt ook niets over mijn (al dan niet verondersteld aanwezige) artistieke
kwaliteiten. Maar hoge c’s zingen kan ik… dus…

Nou, artistieke kwaliteiten had Ad (want die was het aan de andere kant van
de lijn) ook niet nodig, die had hij zelf genoeg in huis, hoge c’s moest hij
hebben, voor een stuk dat hij had gecomponeerd, en ze mochten niet klinken
als een synthesizer of een sample-tje, ze moesten klinken alsof ze uit een mens
kwamen, meer bepaald een vrouw. “En ik betaal ervoor hoor, ge krijgt er
gewoon geld voor! En een CD-tje; als het project klaar is, gooi ik er wel een in
de brievenbus”.

Ik zong op een vrijdagochtend hoge c’s, bij hem thuis. Met de c’s had ik (dus)
geen moeite, met het ritme van de composities wel, ik ben een klassiek
zangeres en hoewel afterbeat en syncopen inmiddels wel wat vertrouwder
geworden zijn, toen snapte ik daar nog niet zoveel van: een jazz-project op het
conservatorium stuurde me na vier sessies weg: ik was nou eenmaal verstokt
klassiek.

Ad was geduldig, een van zijn kern-kwaliteiten en een absolute voorwaarde
om met muzikale vogels van allerlei pluimage te kunnen werken. Misschien
heeft hij nog meer door dat geduld dan door zijn muzikale kwaliteiten daarom
zoveel leuke projecten kunnen doen. Mede door dat geduld slaagde het
projectje-met-de-hoge c’s. Ik heb ze nooit terug gehoord. Misschien slingert er
nog ergens een CD-tje rond en als iemand het bij het opruimen tegenkomt: ik
ben nog steeds benieuwd hoe ze geklonken hebben. Betaald kreeg ik prompt
en ruimhartig.

En nog een paar maanden later ging andermaal de telefoon: De Stofhappers
(wereldberoemd in Eindhoven en verre omtrek, vraag me niet hoe dát kwam)
deden hun beroemde Nieuwjaarsreceptie en of ik maar even klassiek wat
wilde komen zingen. Dat deed ik en daarna zagen we elkaar met
onregelmatige regelmaat, zoals alles rond Ad met onregelmatige regelmaat
was. Er was bij de hoge c’s een onmiddellijke klik en een herkenning in elkaars
ogen van een soort levensvreugd, maar ook van een soort intrinsieke(sorry,
rotwoord) eenzaamheid, die ik niet anders kan omschrijven en die je herkent
bij sommige mensen die je tegenkomt: ergens achterin de oogballen schemert
het, let maar eens op.

We zagen elkaar lange tijd niet, maar bij de uitvaart van Hans, zag ik hem en
was er zonder begeleidende tekst weer ineens diezelfde klik. Hij was toen
misschien wel al ziek, ik vond hem oud geworden, maar hij straalde dezelfde
levensvreugd nog uit. Dik twee jaar later is hij er zelf niet meer, ineens… en de
wereld gaat gewoon door. En dat zou hijzelf normaal hebben gevonden.

En zo moest het zijn. Amen.

 

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Facebook 6 juli 2017

Er wordt gezegd dat Facebook jouw tijdlijn zo stuurt dat je alleen maar die
informatie ziet die jou in je eigen bubble laat leven. Aldus maakt Facebook
jouw wereld niet groter, maar kleiner. Dat laatste is mijn eigen interpretatie,
dat begrijpt u.

Deze week moest ik daar aan denken toen mij werd gevraagd een stukje te
schrijven voor de website van mijn omroep over een FB-post van een boze
moeder. Zij had Italiaanse toetjes van de Jumbo gekocht en daar bleek een
druppie alcohol in te zitten. Dat stond op de onderkant van het deksel, dus je
kon het aan buitenkant niet zien. Ze had het toetje opgevoerd aan haar kind
van vier, dat het niet lustte maar er desondanks knap beroerd van was
geworden.

De woedende post was een aanklacht tegen Jumbo. De mevrouw kreeg
tientallen reacties van mensen die meehielpen Jumbo neer te sabelen. In de
ogen van de media is er dan sprake van dat Facebook los gaat en als dat
gebeurt moeten de media daar over berichten.

Aan mij de schone taak. Aanvankelijk sputterde ik wat tegen. Als veertig van
de twee miljard Facebook-gebruikers boos zijn vind ik de term los gaan een
beetje overdreven. Ik vond de hele klaagzang overdreven. Maar je kunt zo’n
taakje ook als een uitdaging beschouwen.  Na twee weken verhalen schrijven
over zware kost als daar zijn boerenprotesten en ingewikkelde politieke
verwikkelingen in het provinciehuis was ik bovendien wel toe aan een
alcoholisch toetje.

Ik liet me gaan en maakte volgens de collega’s “een leuk verhaal”.  Dat verhaal
werd vervolgens op de website van mijn omroep gezet. Binnen een uur
waren er meer dan 120 reacties. Die lees ik eigenlijk nooit, maar mijn ego ging
toch op zoek naar mensen die mijn verhaal ook leuk vonden. Niemand, ik had
het kunnen weten. Ons publiek gaat voor de inhoud, niet voor de vorm.

Wie schetste mijn verbazing toen bleek dat mensen die reageerden vrijwel
unaniem de moeder onderuit schoffelden. Ik kwam een keer een woord tegen
dat begon met zeikw en eindigde op ijf.  Dat was geheel in tegenstelling tot wat
haar vrienden schreven.

Zo zie je maar hoe belangrijk het is dat Facebook er voor zorgt dat je in je
eigen bubble leeft.

  1. Peer (reply)

    9 juli 2017 at 19:57

    Dankzij Facebook wordt de wereld weer een klein dorp, waar alle baby’s verslaafd zijn aan Breezerpudding.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *