Vogelpindakaas 13 mei 2017

Ik mag graag de natuur in trekken om vogels te spotten. Veel
zestigplussers bedrijven die hobby. Het is dé manier in het
leven van  vreedzame ouder wordende mannen om hun jachtinstinct
te volgen nu de jonge meiden hen vooral zien als  goedzakken.

Als ik een tuin zou hebben zou ik ‘m vol hangen met nestkastjes,
maar ik heb geen tuin. Onlangs had mijn buurtsuper potjes
vogelpindakaas in de aanbieding. Dat leek mij wel iets, dus ik
nam zo’n potje mee en smeerde wat pindakaas op de balustrade
van het balkon (niet verder vertellen want er is vast iemand binnen
de Verenging van Eigenaren die vindt dat dat niet mag).

Binnen korte tijd stuurden de kauwtjes, de brutaalsten in het
vogelrijk, een verkenner. Die keerde blijkbaar met positieve berichten
terug, want de vogelpindakaas is niet meer aan te slepen. Als de
kauwen even niet in de buurt zijn komt er af en toe een koolmees
aanwaaien om zich te goed te doen.

De komende tijd zal dat wel zo blijven want ze hebben allemaal
jongen te voeden en dat is hard werken en daar krijg je honger
van.

Omdat de aanbieding in de super eenmalig was reed ik naar de
dierenwinkel voor meer pindakaas. Een megastore met een aanbod dat er
voor zorgde dat ik als eenvoudige consument  wat verloren liep op
zoek naar een potje vogelpindakaas. Zo’n winkel is nou eenmaal niet zo mijn
habitat. Een oplettende winkelbediende vroeg of hij mij kon helpen.

Natuurlijk hadden ze vogelpindakaas. Welke had meneer gehad willen
hebben? Welke? Gewoon vogelpindakaas. Ze hadden vijf
verschillende soorten. Vijf soorten pindakaas voor vogels! De eerste de
beste mens die durft te beweren dat het slecht gaat met Nederland,
smeer ik vogelpindakaas in het haar.

  1. Wieneke (reply)

    13 mei 2017 at 09:57

    Ja ho es even….. Het is dus zo, dat de ene vogelpindakaas de andere niet is. Vandaar die keuze, he? Ik kocht vpk bij Action en die vonden ze geweldig. Daarna kocht ik vpk bij een dierenzaak en die vonden ze niet te hachelen kennelijk. Dus deed ik weer Action vpk en hup binnen een dag of twee schoon op. Ik had nog een pot dierenwinkel staan en bood die weer aan. Geen interesse. Notabene de dierenwinkel was wel duurder. 🙂

  2. Eef (reply)

    13 mei 2017 at 11:20

    Wie beduvelt nou wie?

  3. Carin (reply)

    13 mei 2017 at 16:09

    Zouden alle gepensioneerde journalisten goede vogelaars zijn..? Jan, je bent een geweldige waarnemer!

    1. Carin (reply)

      13 mei 2017 at 16:43

      Oeps….gepensioneerd tussen haakjes natuurlijk 😉

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Moederdag 12 mei 2017

(Door Ab Klaassens)

E-mailverkeer tussen Hallmark Cards, handelaar in digitale

feestkaarten, en Eef Postema, mijn echtgenote:

Hallmark:

“Beste Eefje,

Heb jij een moeder uit duizenden? Aanstaande zondag gaan

wij die ene speciale vrouw uit ons leven bedanken voor alles

wat ze doet.”

 

Reactie Eef:

“Ik heb geen moeder meer.

Ik ben 81.”

 

Antwoord Hallmark:

“ Wat ontzettend spijtig om te lezen. Uiteraard was

het niet de bedoeling om je te kwetsen. Excuses voor

het ongemak. We wensen je heel veel sterkte toe.”

 

De moeder van Eef is geboren in 1902.

  1. Wieneke (reply)

    12 mei 2017 at 10:13

    Hilarisch, maar tegelijkertijd om te janken. Ze lézen echt niet wat er staat.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Koffie 11 mei 2017

We hebben de afgelopen anderhalve week in Puglia gewandeld. Links meestal
de Adriatische Zee, rechts vrijwel altijd een bloemenzee. En wij daar dan als een
soort Mozes dwars doorheen.

Prachtige zeegezichten, heerlijk weer, idyllische dorpjes, fantastisch eten, aardige
behulpzame mensen, kortom alle goede dingen van Italië samengebald in één
vakantie. Althans als je dat weet te waarderen en er van kunt genieten.

Dat kan niet iedereen. Toen wij halverwege een tocht neerstreken op het terras
van een restaurantje bleek dat al door een ander Nederlands stel ontdekt te zijn.
(Wij Nederlanders vertellen na een reisje naar het buitenland graag dat we
restaurantjes ontdekt hebben alsof we ons daar met kapmessen een weg
naartoe gebaand hebben.)

“Komen jullie ook uit Rome?”,  vroeg de man in onze moerstaal, nog voordat
wij onze mond hadden opengedaan. Blijkbaar straalden wij Hollandaise uit.

“Nee”,  zei ik, “uit Napels. Dat is ook een paar honderd kilometer dus we zijn
vanmorgen vroeg vertrokken”.

“Dat kan niet”, zei de man.

“Grapje”,  zei ik.

“Nou ja, zij gelooft alles”,  zei hij, wijzend naar zijn vrouw.

“Wat kost dat nou, zo’n wandelreis”,  vroeg de vrouw.

“Geen idee. Mijn vrouw heeft dit geregeld”,  zei ik.

“Hahahaha”,  zei de man.

Even later trok zij zich terug. Naar het toilet naar ik aanneem. Hij bestelde
een café americano. “It must be very hot”, drukte hij de serveerster op
het hart.

De serveerster serveerde hem een paar minuten later de koffie. Na één
slok spuugde hij die bijna weer uit. It was nog hot genoeg. Boos gaf hij
de koffie terug. Er werd een nieuwe gebracht.

De tweede kop koffie bleek nog meer woede in de man op te roepen.
Volgens mijn vrouw kieperde hij die demonstratief in de bloembak, maar
dat kon ik niet zien. De serveerster bleef kalm en beleefd, maar ook
een beetje radeloos omdat ze niet begreep waarom de koffie niet goed
was.

“Italians can not make coffee”,  zei hij. Waarmee hij maar wilde zeggen dat
het meisje er ook niks aan kon doen. Het lag aan de volksaard.

Al die tijd was zijn goedgelovige vrouw in geen velden of wegen te zien.
Waarschijnlijk had ze het allemaal al een keer meegemaakt.

  1. Wieneke (reply)

    11 mei 2017 at 10:09

    Whahahaha, Italians cannot make coffee……….. Je moet maar durven 🙂

  2. Laurent (reply)

    12 mei 2017 at 07:40

    Kan die man niet naar een reservaat op Benidorm gestuurd worden?

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Forum 1 mei 2017

Het is vandaag een bijzondere dag. Vanaf vandaag kunnen de lezers van de
website van de omroep waar ik werk niet meer reageren op onze artikelen.

Dit is niet de plaats om over ons bedrijfsbeleid te discussiëren, we hebben
intern podia genoeg waarop dat kan. Maar ik kan u verzekeren dat op de
redactie een zucht van verlichting werd geslaakt toen de hoofdredactie het
besluit meedeelde.

Om beurten hadden wij de taak de reacties te modereren. Dat werk bestond
er uit dat de reacties die niet aan onze spelregels voldeden werden verwijderd.
Dat was een intensieve taak want veel reacties voldeden niet.

Vrijwel alle collega’s vonden het een onplezierige taak. Ik had er aanvankelijk
geen hekel aan want het werk gaf een goede inkijk in de denkwereld van
mensen waar ik normaal niet mee in aanraking kom. Na verloop van tijd ging ook
voor mij de lol er af want het was altijd hetzelfde liedje gezongen door
steeds weer dezelfde mensen.

Ik denk dat ik strenger was dan anderen. Mijn standaard lag hoog. De lezers
wisten nooit wie er modereerde, maar ik ben één keer schijnbaar zo streng
geweest dat iemand een beschrijving van mij maakte: een redacteur die zijn
vette haar over zijn schedel had geplakt.

De meeste reacties gingen over de rechterlijke macht, die volgens veel van
onze lezers niet streng genoeg straft. Bij elk bericht over een ongeluk waarbij
drank ik het spel was wezen de lezers steevast naar de inwoners van een
land ten oosten Duitsland. Overvallers, verkrachters, dieven en moordenaars
waren altijd “zeker lichtgetint”. Overbodig te vertellen dan misbruikers van
kinderen en dierenbeulen straffen moesten krijgen waar ze zelfs in de
Middeleeuwen niet aan durfden denken.

Een medium kan besluiten de reacties voor publicatie te bewerken, maar
er werd zelden of nooit een inhoudelijke discussie gevoerd. Wat had je dan
moeten publiceren?

Mediabedrijven die hun forum sluiten zijn altijd bang dat ze heel veel
lezers kwijt zullen raken. Uit allerlei onderzoeken blijkt dat in de praktijk
nogal mee te vallen. Wij zien zelf dat het aantal mensen dat een reactie
achterlaat in geen verhouding staat tot het aantal lezers. Toen het Amerikaanse
radiostation NPR in 2016 stopte met de comments bleek dat slechts 0,06
procent van de lezers een reactie achter liet.

De mensen die reageren kunnen ook nog eens het beeld van de hele
lezersgroep bepalen. Daarom hielden wij elkaar altijd voor dat die
reageerders niet representatief zijn voor de mensen voor wie wij werken.

Het is wel jammer dat het forum nooit is geworden wat we er van hoopten:
een platform waar Brabanders met elkaar een maatschappelijke discussie
kunnen voeren zoals dat op de opiniepagina’s van de kranten gebeurt.

De mensen die nu nog hun ei kwijt willen kunnen dat via social media doen.

Lees ook: Weg met die rotzooi onder online artikelen

  1. Wieneke (reply)

    3 mei 2017 at 10:48

    Het is werkelijk verschrikkelijk wat die toetsenbordlosers allemaal durven te zeggen lekker veilig anoniem vanaf hun zolderkamertje. Hebben die mensen een normaal leven? Ik denk het niet. Het wordt tijd dat de mogelijkheid tot reageren op artikelen wordt afgeschaft. Zelfs de onschuldigste artikelen krijgen hele staarten met cyber-ruzie achter zich aan. Dus anonieme mensen die elkaar niet kennen gaan ruzie met elkaar maken op internet. Hoe gek kan het zijn? Het is toch idioot dat er moderators moeten zijn om de boel nog enigszins binnen de perken te houden.
    Ik ervaar het dan ook als een groot cadeau, dat in weblogland men nog altijd heel beleefd, respectvol en vaak ook heel vriendelijk is in de reactieboxen Je mag best van mening verschillen over het geschrevene, maar als het ontaardt in wat jij hierboven schetst……. ik moet er gewoon niet aan denken. Het zou voor mij reden zijn om meteen met bloggen te stoppen.

  2. Harry Perton (reply)

    4 mei 2017 at 14:57

    Bij het DvhN was het ook altijd heel erg. Ze hebben die reacties achter een knop weggestopt en registratie verplicht gesteld en zie: er komt nauwelijks meer een reactie binnen. Het is dus ook aandachttrekkerij: zonder schijnwerper geen animo.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Verplaatsingen 27 april 2017

(Door Ab Klaassens)

Een paar weken geleden kreeg ik een verzoek van het Centraal Bureau voor de
Statistiek (CBS) om mee te doen aan een onderzoek naar mijn verplaatsingen.
Omdat mijn verplaatsingen in de statistieken hoogstens van nano-betekenis
kunnen zijn legde ik het (schriftelijk) verzoek terzijde.

Maar het CBS hield vol: eerst met een herinneringsbrief en vervolgens met
een telefoontje; blijkbaar konden de verplaatsingen van een 84-jarige inwoner
van Eindhoven niet worden gemist in een landelijk mobiliteitsonderzoek.

In het telefoontje kreeg ik het verzoek om op vrijdag 21 april vragen te
beantwoorden over mijn verplaatsingen op donderdag 20 april.

Nog nooit eerder heb ik mij die donderdag zo bewust verplaatst; ik voelde de
ogen van het CBS op mij gericht. Bij thuiskomst, toen ik vrijwel zeker wist dat
ik mij niet meer buitenshuis zou gaan verplaatsen heb ik met behulp van de
ANWB-routeplanner uitgerekend op hoeveel afgelegde meters ik het CBS zou
kunnen trakteren. Dat was drieduizend meter voor een buurtmarkt en 1600
meter voor een bezoek aan Albert Heijn. Alles op een rode fiets met lage
instap, 26 inch wielen en dikke banden, trommelremmen en drie
versnellingen.

Maar dat hoefde niet allemaal in de statistieken zei, de volgende dag, de
mevrouw van het CBS.

Toch vind ik ’t wel mooi dat ik, op m’n ouwe dag, nog een beetje mee tel
straks, in een dik rapport voor regering,  parlement en pers.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Feyenoord 26 april 2017

Het moet toch wel heel raar gaan als Feyenoord geen landskampioen wordt.
Zelfs als rechtgeaard PSV-supporter gun ik het de ploeg uit de Rotterdamse
volkswijk.

Natuurlijk had ik liever feest gevierd op het Stadhuisplein in Eindhoven maar
onze club was dit seizoen slappe hap dus wordt het uithuilen en opnieuw
beginnen. Dat is de cyclus waarin een voetbalsupporter leeft.

Ik merk om me heen dat veel mensen Feyenoord een kampioenschap
toewensen. De club heeft een grote gunfactor.

Waar die van mij vandaan komt weet ik wel. Dat heb ik te danken aan
mijn Rotterdamse familie. Daar logeerde ik als kind wel eens en daar hoorde
ik over Feyenoord dat toen nog Feijenoord heette. Ik associeerde de club
met fijne logeerpartijtjes, ritjes met de vrachtauto van het bedrijf van mijn
oom door Rotterdam een stad waar ik meteen van hield en nog van
hou.

Ik groeide op met Coen Moulijn en Eddy Pieters Graafland, later Wimpie
Jansen en de Kromme. Dat waren mijn helden. Wonend boven de rivier
hoorden wij eigenlijk nooit iets over PSV, dat kwam pas toen ik in  1988
naar het zuiden vertrok en ik dankzij mijn zoon naar de Frederiklaan werd
meegezogen.

Zo gaan die dingen soms. Nu ben ik een PSV-fan, maar Feyenoord betekent
voor mij vooral mooie jeugdherinneringen. Daarom gun ik ze het
kampioenschap, maar volgend jaar wil ik weer gewoon op het
Stadhuisplein in Eindhoven staan.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Straat 24 april 2017

(Door Ab Klaassens)

Toen de stadskinderen nog niet van hun speelruimte waren verdreven door de
auto’s van hun ouders kon je voetballen op straat. De aanvoerders vormden
hun teams door te ‘poten’ . Zij gingen op een willekeurig gekozen afstand
tegenover elkaar staan en zetten om de beurt een voet voor de andere, soms in
de lengte, soms in de breedte.

De winnaar werd degene die bij de laatste stap de voet van de tegenstander
overlapte.

De winnaar had vervolgens de eerste keus bij de vorming van zijn team. De
twee die bij deze wrede selectie als laatsten overbleven mochten ‘op de jassen
passen’. De jassen waren de plaatsvervangende doelpalen.

De spelers eisten bij de aftrap voor zichzelf de namen op van toen beroemde
voetballers.

“Ik was Faas Wilkes!”

“Ik was Kees Rijvers!”

“Ik was Abe Lenstra!”

De auto heeft het voetbal van de straat gejaagd. In de auto zitten nu de
kinderen van die  voetballertjes van toen of nageslacht van meer recente
datum. Fanatiek klemmen zij zich aan het stuur, furieus ranselen  ze de
pedalen en daar waar ze 70 bereiken waar 30 mag schreeuwen ze het uit:

“IK WAS MAX VERSTAPPEN!!!

  1. Laurent (reply)

    24 april 2017 at 18:17

    Hela, ik ben opgegroeid met dat degene met de laatst passende voet won.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vocalies (441) Nicolai Gedda 23 april 2017

(Door Marlies)

Eerst even: er staat ook weer een nieuwe podcast op mijn eigen website.

Het was stillekes hier de laatste paar weken, ik geef het toe. Niet zo’n
inspiratie, (voor het eerst in ruim acht jaar is dat misschien niet eens zo heel
erg….) een heleboel andere dingen te doen… Wel degelijk ook bezig met
klassieke muziek hoor, maakt u zich niet ongerust! Maar tsja, het kwam er
niet van.

Tot ik een dikke week geleden met een oud-collega en met echtgenoot  zeer
genoeglijk zat te tafelen en de naam Nicolai Gedda viel…  Nicolai Gedda, zei
de oud-collega, is die niet onlangs overleden?
Mijn hap carpaccio viel met een bons op de bodem van mijn maag….
Overleden? Mijn favoriete tenor? Zonder dat ik het wist? Die man had toch
het eeuwig leven?

IPhone’s kwamen op tafel (het lukt ons nog vrij aardig – als we uít-eten – om ze
weg te houden van de tafel…) en al gauw kwam de bevestiging: op 8 januari
2017 op 91-jarige leeftijd overleden in Zwitserland. Ik moest mezelf even bij
mijn lurven pakken om de prachtige avond niet te laten bederven door een
bericht dat al drie maanden oud was. Terugrekenend bedachten echtgenoot en
ik dat we op 8 januari op een van de Kaapverdische eilanden op het strand
gelegen hadden en er even geen media-van-welk-soort-dan-ook bij ons binnen
was gekomen.

Tsjonge, Nicolai Gedda, een van de beste, zo niet dé beste tenor van de vorige
eeuw, een carrière van meer dan vijftig jaar. En de pest is: iedereen heeft er
natuurlijk al over geschreven, daar kan ik met mijn bescheiden oplage van
Vocalies niet heel veel meer aan toevoegen. En dat gaat dood, met niet meer
dan een berichtje in de marges van het grote wereldnieuws. Hetgeen niet heel
verwonderlijk is: hij heeft dan wel meer dan 50 jaar gezongen, maar tussen
het einde van zijn carrière en zijn dood heeft veel tijd gezeten (zangers worden
meestal oud, dat u dat maar even weet) en dan zing je geen hoge D’s meer en
leeft in stilte ergens in Zwitserland en gaat daar ook in stilte dood…

Dus ik ga u geen necrologie meer geven, ik ga volstaan met een al ooit eerder
beschreven anekdote van mijn ontmoeting met Nicolai Gedda, want ja, ik heb
hem ontmoet, met hem gelachen en les van hem gehad.  En hij zong ook toen
nog moeiteloos een hoge D.  Het was in 1991 (da’s al zo lang geleden dat ikzelf
niet eens meer zeker weet of het juiste jaartal is). Ik had mijn conservatorium-
opleiding achter de rug en probeerde een bescheiden carrière op te starten. Ik
deed daartoe mee aan een Masterclass operette zingen in Bad Ems, Duitsland.

Gedda was een van de docenten. Vooral de tenoren waren op zijn naam
afgekomen en tenoren is, hoe zal ik het netjes formuleren… vooral als ze in
opleiding zijn… een apart slag volk. Niks menselijks is hen vreemd za’k maar
zeggen: eentje verscheen iedere ochtend met een tas vol drankjes en spraytjes
en een handdoek om zijn nek aan de start van de lessen en hij kon alleen
zingen als hij uitvoerig had ‘warmgedraaid’ en hij ervan overtuigd was dat het
nergens tochtte (moet je eens op een gemiddeld opera-toneel gaan staan, dan
weet je wat tochten is!).

Gedda zag de charade aan en gooide een counter-fit in de strijd: hij gaf de
tenor in kwestie alleen les als hij zijn tas met rommel buiten liet staan en de
handdoek op de stoel liet liggen en liefst als eerste op de dag. Ik heb nooit
meer iets van de tenor in kwestie gehoord trouwens…

Toen ik aan de beurt was, zette ik Gedda een Verdi-lied voor, ik wilde daar
meer van weten (want graag meer Verdi gaan zingen) en hoewel het eigenlijk
een masterclass operette was, leek de maestro aangenaam verrast. Hij kende
het lied niet en verontschuldigde zich (ja echt!). Hij bladerde door de muziek
en herkende het als een voorstudie voor een opera-aria. Hij maakte een paar
aantekeningen, hummelde wat in zichzelf en knikte: ja, hier konden we wel
wat mee, leuk! Hij vroeg me vervolgens in welke taal ik les wilde hebben: een
en ander speelde zich in Duitsland af, maar ik kwam uit Nederland en als ik
Engels bevorzügte, of Frans, dan kon dat ook…

Ik slikte… en werd heel, héél nederig…

Lass uns Deutsch reden, zei ik een beetje beverig, en gaf de pianist een teken
dat we konden beginnen.

De les was een van de hoogtepunten uit mijn – overigens bescheiden gebleven
– carrière als sopraan en ik ben er Nicolai Gedda tot de dag van vandaag
dankbaar voor. Soms heb je van die momenten waarvan je beseft, áls je ze
beleeft, dát je ze beleeft en dat het een toppertje is en je hele leven bij je zal
blijven.  Volgens mij kwamen we er beiden gelouterd uit…

Oh ja, het ging overigens om ‘Deh, pietoso, oh Addolorata’ van Giuseppe
Verdi.

In het filmpje de mooiste tenor-aria aller tijden ‘E lucevan le stelle’ uit
Puccini’s ‘Tosca’. Toegegeven het is een beetje slecht beeld, maar wat zingt de
man geweldig! Eat your heart out, Kaufmannen, Villazons en Grigolo’s…
Surf vooral op YouTube, er is heel veel, waaronder ook de hoge D’s waar ik
over had.

https://youtube.com/watch?v=YAbC-kK33mY

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Treitervlogger 22 april 2017

De treitervlogger heeft officieel zijn intrede gedaan in de Nederlandse
journalistiek. Een jaar geleden werd Ismail Ilgun uit Zaandam door
minister-president Mark Rutte nog tuig van de richel genoemd, sinds
vorige week behoort Ismael tot de stal van AD-verslaggevers. Hij
trekt met zijn cameraatje de ‘achterbuurten’ in om het leven daar
vast te leggen. Ik vind het een briljante zet van de AD-collega’s om Ilgun
in te lijven.

Een jaar of vijftien geleden klaagde toen nog overwegend
wit journalistiek Nederland steen en been dat er geen allochtone
journalisten waren. Omdat de witten niet konden doordringen in de
gemeenschappen van de allochtonen hadden zij het gevoel dat zij daardoor
een belangrijk deel van het nieuws misten. Dat kunnen we nu wel als
een understatement beschouwen.

Met behulp van vakbonden en hoofdredacties werden journalisten
vrijgemaakt om allochtoon talent te werven. We gingen de paden op en
de lanen in op zoek naar nieuwe collega’s met een licht getinte dan wel
donkere huidskleur.

Meestal kwamen we terug met de mededeling dat we ze niet konden
vinden. Dan werden er weer vergaderingen belegd waar wij van geslaagde
allochtone journalisten die hun plek hadden gevonden in het Hilversumse
op ons donder kregen omdat we niet goed genoeg gezocht hadden.

En nu was daar opeens Ismael, een ruwe diamant die dankzij de nieuwe
media in de schoot werd geworpen. Het AD ziet zijn potentie en
gaat hem slijpen. Een slimme zet, want nu komt deze krant eindelijk
op plekken waar de witte journalisten nooit komen. Ik zou willen dat
wij twintig jaar geleden tegen een Ismael waren aangelopen, dan zou
de kloof tussen de gevestigde journalistiek en een heel groot deel van
onze landgenoten waarschijnlijk niet zo diep zijn geweest.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Makreel 21 april 2017

(Door Ab Klaassens)

Bij mij in de buurt is het kantoor van makelaar Vollebroek. Ik moest aan hem
denken toen ik even stil stond bij het vis-vak van Albert Heijn. Daar lag, in
volle glorie, een gestoomde makreel.

Een makreel is een makelaar.

Hé, Vollebroek, dacht ik.

In Frans-Nederlandse  woordenboeken vind je twee betekenissen van het
woord  maquereau : makreel en makelaar.

In het Franse etymologische woordenboek van Larousse staat als oorsprong
van ‘maquereau’ het Nederlandse woord makreel.

In het Nederlandse etymologisch woordenboek van Van Dale is ‘makreel’ ook
bargoens voor pooier. In datzelfde boek staat ook dat makrelen, jagend op
jonge haring, de haringscholen verstoren, met als bijkomend effect dat
mannetjes en vrouwtjesharingen elkaar vinden, wat dan weer nuttig is voor de
vorming van nageslacht.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *