Onderwijs 14 februari 2018

Een verontrustend verhaal vanmorgen op de site van NRC. Als gevolg van het
lerarentekort worden kinderen soms over andere klassen verspreid of naar
huis gestuurd. Hier lijkt mij sprake van een verlies-verlies situatie.

Over een paar jaar zijn er maar liefst 2000 meesters en juffen tekort. Waarom
wil niemand meer dit eerbiedwaardige beroep uitoefenen? Is het salaris te
laag, is de werkdruk te hoog? Ik hoor allerlei argumenten. In mijn jeugd was
je heel wat als je naar de kweekschool en later de pabo ging. Dat was alleen
weggelegd voor de bollebozen. Overigens was dat toen vooral een meisjesding.

Ik ben al heel lang niet meer als ouder op een school geweest.  Ik heb geen
idee hoe het er daar aan toe gaat. Mijn enige bron van informatie is de TV-
serie De Luizenmoeder, waarvan ik mag hopen dat het een karikatuur is.
Hoewel, er zijn mensen die mij verzekeren dat niet alles uit de duim van de
scenarioschrijvers is gezogen.

Maar goed, ik geef het je te doen om voor een klas te staan met nazaten van
ouders die zijn opgegroeid in de jaren zeventig en tachtig, de tijd waarin
Nederland mondig werd. Nazaten die opgegroeid zijn in een tijd waarin
Google veel sneller informatie geeft dan die juffen en die meesters. En ouders
die zo hard moeten werken en zo weinig tijd hebben voor hun kinderen dat ze
verwachten dat de onderwijzers er ook nog even de opvoeding bij doen. En
wel zo dat het in het straatje van de ouders past. Maatwerk voor elk kind. En o
wee als het kind klachten heeft. Dan zwaait er wat voor de leerkrachten.

Ouders die langs de kant van het voetbalveld onbetamelijke uit slaan worden
verbannen. Ik weet niet of dat op scholen gebeurt, maar het zou wel moeten.

Zolang als ik weet wordt het onderwijs voortdurend veranderd. Dat begon met
de Mammoetwet als gevolg waarvan ik geen MULO-diploma heb maar
MAVO-diploma. Daarna is het nooit meer rustig geweest in onderwijsland. Ik
heb altijd hoop dat dingen ten goede keren, maar in het geval van onderwijs
ben ik bang dat dat nooit meer zal gebeuren. Misschien, heel misschien is het
mogelijk met kostscholen waar tucht en orde heersen en waar kinderen door
de week intern zijn. En waar ouders alleen op vrijdagmiddag en zondagavond
hun kinderen mogen halen en brengt. Aan de poort natuurlijk.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Thierry Baudet 4 februari 2018

Ik dacht tot nu toe dat Thierry Baudet, de intellectuele versie van Geert
Wilders was. Nu twijfel ik.

Baudet ligt in de clinch met Kajsa Ollongren, onze minister van Binnenlandse
Zaken en prominent lid van D66.  Ollongren heeft in de burgemeester Dales-
lezing gezegd dat zij vindt dat Baudet een grotere bedreiging is voor de
Nederlandse kernwaarden dan Wilders. Baudet op zijn beurt heeft aangifte
tegen haar gedaan wegens smaad en laster.

Hij belegde zelfs een persconferentie om dat aan te kondigen waar
journalisten geen vragen mochten stellen.

Er gebeuren hier vreemde dingen. Waar draait het om? Een politica die een
collega van een andere partij aanvalt op zijn uitspraken en zijn standpunten.
Is dat gek? Nee, dat doen politici al zolang ze bestaan.

Ik vind het vreemd dat Baudet naar de politie is gestapt en aangifte heeft
gedaan van smaad en laster.  Hij vindt dat hij wordt gedemoniseerd. Waar
kennen we dat van? Als je zo’n politiek conflict hebt dan vecht je dat uit in de
politieke arena. Wat hij nu doet is de toch al overbelaste politie en mogelijk
later de rechterlijke macht extra belasten vanwege een politiek geschilletje.
Dat gaat ten koste onze belastingcenten en onze veiligheid, want een agent die
anderhalf uur het betoog van meneer Baudet moet opschrijven loopt niet in
onze wijk te patrouilleren.

Dan is er nog die persconferentie waar geen vragen gesteld mochten worden.
Als je een eenzijdige boodschap hebt, kun je dat schriftelijk af. Baudet weet
dat een A-viertje niks voor radio- en televisie is. Die hebben geluid en beeld
nodig. Dat levert hij met een persconferentie, want hij weet dat voor een
politiek relletje in verkiezingstijd het journaille komt opdraven. Al helemaal
als het weekend is.

Baudet is niet intellectueler dan Wilders, hij is net zo doorzichtig als de PVV-
baas in zijn hoogtijdagen was. Hij heeft het stokje overgenomen en de nieuwe
lichting journalisten, die niet doodmoe is van politieke straatvechter,  is blij
dat er schijnbaar de komende jaren nog voldoende stof is om zich over op te
winden.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vocalies (463) Tosca 28 januari 2018

(Door Marlies)

Ik moet er toch nog even op terugkomen hoor, op de avond van gisteren in
Pathé. Wat een avond! Soms heb je van die avonden die helemaal lijken te
kloppen. Vanaf het moment dat je thuis wegfietst (het kon op de fiets want het
weer was goed genoeg…) tot aan het moment dat je thuis weer terug aan de
keukentafel een sigaartje opsteekt om ‘het er nog even over te hebben’: het
was een perfecte avond.

In volstrekt willekeurige volgorde:

Ik loerde al een tijdje op de kans om veel van de vrienden eens aan dezelfde
dis te hebben. Check!

Ik had een opera bijwonen in The Met van mijn wenslijstje geschrapt:  te
duur, te lang vliegen, te gecompliceerd. Nu kon het toch! Check!

Ik hou van een compléét avondje uit: lekker eten, een mooie voorstelling,
glaasje bubbels in de pauze. Check!

Tosca is een van mijn lievelingsopera’s, de aria ‘Vissi d’Arte’ de mooiste
sopraan-aria aller tijden, ‘E Lucevan le stelle’ de mooiste tenor-aria aller
tijden. Allebei gehoord en gezongen door een topcast! Check!

De kans om over te brengen wat een mens zoals beweegt als-ie een zo heftige
opera zingt en wat er aan emoties aan de binnenkant van de zangers gaande
is. Dat je zo dicht op de huid van de zangers zit, dat je zelfs opmerkt dat er een
vlekje op de schouder van Yoncheva zit, wat er (als ze even is af geweest) er
niet meer zit (hetgeen overigens een van de vriendinnen opmerkte, niet ik).
Check!

Het is een apart slag volk, operazangers, maar wellicht worden ze minstens
door het selecte groepje dat gisteren mee was, voortaan wat beter begrepen. Je
maakt mij niet wijs dat je na zo’n avond dezelfde zanger bent als daarvóór.
Check!

Bij The Met liep alles zoals je van een gelikte, Amerikaanse organisatie mag
verwachten. De opvullingen in de pauze vind ik leuk, maar leiden ook af van
de flow waar je in wil blijven (tenminste ik), dus bekeek ik er niet alles van,
maar mengde me in de vriendengroep om te genieten van hun gezelschap en
om eventuele vragen te teckelen (voor zover mogelijk).

Ik vond Tosca (Sonja Yoncheva) geweldig, Scarpia (Željko Lučić) nét iets te
beschaafd (hetgeen niet iedereen met me eens was) en Grigolo als
Cavaradossi  af en toe langs het randje van larmoyant, maar ook dat zal zeker
niet iedereen met me eens zijn.

Eerder laadde ik het filmpje op van ‘E lucevan le stelle’, nu krijgt u ‘Vissi
d’arte’ van me. Die staat, in de bijna tien jaar dat ik deze stukkies schrijf al van
zo ongeveer iedere sopraan op deze website, maar ach, dan mag Yoncheva er
zéker bij! Ze pakt ’m langzaam, waardoor ze aan het einde bij moet ‘snappen’,
waar ik het mooi vind als je je helemaal leeg zingt, om dan met een snik weer
verder te gaan… maar ach wie ben ik?… Een nagenietende, voldane, niet meer
zingende sopraan die vandaag nog lekker nasuddert van een fantastische
avond… en morgen weer volop in het leven springt. Check!

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Jong en ambitieus 26 januari 2018

Hij is jong. Eerstejaars student journalistiek. Maar bovenal ambitieus. Bij de
lokale omroep waar ik tijdelijk werk presenteert hij in een poule van drie
mensen een wekelijks programma. Dat is te weinig, vind hij. Hij wil een eigen
show. Met z’n eigen naam en z’n eigen stempel.

Een lokale omroep is een goeie playground voor druistige jongens. Hij krijgt
zijn kans. Waar denk je zelf aan, vroeg ik. Wat wil je, vroeg hij.

Tussen wat ik wil en wat praktisch haalbaar is met een club vrijwilligers gaapt
een gat. Hoog inzetten, dacht ik. Ik wil elke middag tussen vijf en zes uur een
actualiteiten show, zei ik.

Ik zag zijn gezicht betrekken. Dat wordt lastig, zei hij. Ach ga weg, dacht ik
zachtjes grinnikend voor mij uit.

Ik moet elke dag naar school, zei hij. Hij kon het wel zo plooien dat hij elke
dag op tijd terug kon van de academie in de grote stad naar het dorp waar we
werken. Maar ja, zei hij, als de trein of de bus vertraging hebben dan hebben
we een probleem.

Ik keek hem ongelovig aan. Mijn onwaarschijnlijk hoge inzet bleek dus
onderhandelbaar. Ik doe het als het van zes tot zeven kan, zei hij. Elke dag,
vroeg ik. Elke dag, zei hij. In het weekend kan het natuurlijk wel om vijf uur,
voegde hij er aan toe.

Ik zette mijn hoofdredacteurspet af en kroop in de rol van een beschermende
vader. Daarna haalde ik nog een kop koffie. We sloegen de onderhandelingen
af op een uur per week. Op zaterdagmiddag. Een groeibriljant begint klein.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Dierentuin 25 januari 2018

Ooit, ver voordat ik tijdelijk hoofdredacteur a.i. werd van Omroep Meierij, had
ik een sergeantsfunctie bij Omroep Brabant, dat ik liefkozend nog steeds mijn
omroeppie noem. In die hoedanigheid had ik eerder dan de troepen een
gesprek met een beoogd hoofdredacteur.

Tijdens dat gesprek vertelde deze nieuwe baas dat hij of directeur van Omroep
Brabant wilde worden of directeur van een dierentuin. Doe geen moeite, alle
grappen zijn al gemaakt. De hoofdredacteur diende zijn tijd uit en emigreerde
na zijn welverdiende pensionering naar Frankrijk waar hij samen met zijn
vrouw nu de scepter zwaait over een tuin. Een moestuin, waar hij ongetwijfeld
strijd levert tegen ongedierte.

Zijn opvolger had een grote staat van dienst in de journalistiek. Na een aantal
jaren bij ons nam hij de kuierlatten. Hij deed waar zijn voorganger van
droomde: hij werd directeur van Ecomare op Texel, waar hij jonge zeehondjes
vertroetelde.

Zijn opvolger kwam uit Hilversum en ging na een aantal jaren later terug naar
de landelijke omroep. Deze week las ik dat ook hij uiteindelijk heeft gekozen
voor een functie waarin hij iets kan betekenen voor dieren. Hij is
communicatieadviseur geworden van de stichting AAP.

Zijn opvolger combineerde jaren de functie van directeur en hoofdredacteur.
Die functies zijn uit elkaar gehaald. Hij is nog steeds directeur, voor het
hoofdredacteurschap is een nieuwe hoofdredacteur aangesteld. De komst van
die laatste en mijn vertrek vielen samen zodat ik nog nauwelijks contact met
hem heb kunnen hebben. Tijdens onze kortstondige kennismaking wekte hij
de indruk een aimabel mens te zijn. Hij heeft gezegd dat we hem gevraagd en
ongevraagd van advies mogen dienen. Ik adviseer hem in ieder geval alvast
een huisdier te nemen zodat de overgang straks niet zo zwaar valt.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

PVV 24 januari 2018

En weer is een kandidaat gemeenteraadslid voor de PVV in het zicht van de
haven gestrand. Half december presenteerde PVV-leider Geert Wilders pal
voor een Rotterdamse moskee lijsttrekker Géza Hegedüs als lokale aanvoerder
in de havenstad. Géza Hegedüs was binnen 24 uur afgedankt omdat hij
sympathiseerde met antisemieten. Dat hadden de screeners van de PVV even
over het hoofd gezien.

Marie-Louise Kelderman stond als nummer vijf op de PVV-lijst in Rucphen.
Blijkt ze potverdrie een tijdje geleden op haar Facebook-pagina er voor gepleit
te hebben onze nationale premier Mark Rutte op te knopen. Exit mevrouw
Kelderman. Patricia van der Kammen, lid van Provinciale Staten en
verantwoordelijk voor de screening van de Brabantse PVV-kandidaten had dat
even over het hoofd gezien.

Je kunt nu meteen roepen dat ze bij de PVV een ongelukkige hand van kiezen
hebben, maar daar is die partij niet de enige in. De afgelopen jaren strandden
er ook bij andere partijen mensen die het niet zo nauw namen met de goede
zeden. Meest in het oog springende recente voorbeeld is VVD-voorzitter
Henry Keizer die wordt verdacht van zelfverrijking en het veld moest ruimen.
Ik weet niet welke partij er zou winnen als het om een potje mislukte politici
zou gaan . . .

De PVV heeft wel als handicap dat de partij uitsluitend rondom Geert Wilders
draait. Hij wil alles controleren om gevalletjes Kelderman te voorkomen. En
die gevalletjes liggen nu nog meer dan vroeger op de loer. Intelligente mensen
die PVV-bestuurszetels gingen bezetten weten inmiddels uit onderzoeken dat
dat hun maatschappelijke carrière doorgaans geen goed doet. Dat vind ik als
strijder voor de vrije meningsuiting overigens een slechte zaak. Intelligente
mensen die nu nog een uiterst rechts standpunt hebben vinden onderdak bij
Thierry Baudet.

Wat er voor de PVV overblijft zijn de ongeleide projectielen als mevrouw
Kelderman.  Hoe komt zo’n mevrouw er bij om zulke teksten te plaatsen vraag
je je af. Ik denk dat Wilders zich dat ook  zelf mag aantrekken. Hij heeft
jarenlang de toon gezet. Het was vaak onparlementair maar hij was wel slim
genoeg om in ieder geval na te denken over de grenzen van het betamelijke.
Mensen als Kelderman zien hem als voorbeeld maar ze hebben dat politieke
fingerspitzengefühl niet.

Wat zegt het hele geval over het inschattingsvermogen van de PVV-fractie in
Provinciale Staten van Brabant? Zij zijn verantwoordelijk voor de screening.
Uit alles blijkt nu dat ze in ieder geval slecht de weg weten op social media.
Van der Kammen krijgt nu de schuld, maar bij de PVV in Brabant wordt de
dienst uitgemaakt door voorman Alexander van Hattem. Hij is
eindverantwoordelijk voor de hele gang van zaken. Onder zijn leiding is het
huiswerk niet goed gedaan. Desalniettemin is hij voor zijn inspanning beloond
met het lijsttrekkerschap van de PVV in Den Bosch.

  1. Laurent (reply)

    24 januari 2018 at 20:06

    Er is vrijheid van meningsuiting, maar er is ook de vrijheid om geen racistische maniak als collega of werknemer te willen hebben. Vette pech heet dat.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vuur 22 januari 2018

(Door Ab Klaassens)

In zo’n nacht waarin de slaap niet wil komen beland ik zappend buiten bed in
een oorlog op TV.

Terug onder de lakens houdt het beeld van mannen die de vijand bestoken
met een vuurspuwend wapen mij op de rand van slaap. Half dromend zoek ik
de naam van het wapen maar kan het niet vinden.

Ergernis over mijn onvermogen verliest het van de druk op mijn ogen; ik zak
weg in wat ik had gehoopt: een diepe slaap maar de vraag over dat wapen
blijft sudderen in mijn onderbewustzijn.

Als ik om half zes de Volkskrant uit de bus haal lees ik al onderweg naar de
woonkamer wat columniste Sylvia Witteman mij te vertellen heeft. “Goede
voornemens zijn op zich al behoorlijk obsceen, maar als een ander je daar ook
nog eens aan gaat houden, dan zit er weinig anders op dan alle leven op de
planeet uit te roeien met een vlammenwerper.”

Eindelijk: het woord.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Samen zoeken 17 januari 2018

Politieman Ronnie Hessels heeft een prijs gekregen. Hij ontwikkelde de app
“Samen Zoeken”. Met die app worden spontane zoekacties naar vermiste
personen gecoördineerd. De app moet voorkomen dat iedereen in het wilde
weg bospercelen gaat uitkammen met als gevaar dat sporen worden vernield
of dubbel werk wordt gedaan.

Er is ook veel kritiek. Advocaten zijn bang voor eigenrichting door mensen die
iemand betrappen van wie ze denken dat hij of zij wel eens de verdachte zou
kunnen zijn. In een artikel in NRC over deze kwestie worden voorbeelden
genoemd van onschuldige mensen die slachtoffer zijn geworden van een
speurende meute.

Het is een moeilijke kwestie. Enerzijds wil je dat vermiste personen zo snel
mogelijk worden gevonden en dan is alle hulp welkom. Anderzijds is
opsporing een vak. Het doet me denken aan de ontwikkelingen in mijn eigen
vak. Vroeger was de verspreiding van nieuws voorbehouden aan journalisten.
Doorgaans zijn dat lieden met een goede opleiding en vooral beroepsethiek.
Hoor en wederhoor zijn een tweede natuur voor journalisten, net als check,
check en dubbelcheck. Ervaren journalisten weten dat zaken soms heel anders
zijn dan dat ze zich aandienen. Zwart blijkt soms wit en in het meest gunstige
geval grijs. Bij twijfel niet publiceren was jarenlang het credo in mijn vak.

Alles werd anders toen de social media kwamen. Iedereen kon publiceren en
iedereen was plotseling “journalist”.  In hun angst de boot te missen begon het
credo in mijn vak te wankelen en werden de amateurjournalisten soms als
bron aangehaald, met als argument “twitter ontploft”.  De term fakenieuws
werd geboren.

Ik huldig iedereen die wildgroei probeert aan te pakken. Zeker in een tijd die
wordt gedomineerd door social media is dat meer dan nodig. Ronnie Hessels
verdient lof in zijn poging wildgroei te reguleren. Hopelijk blijven hij en zijn
collega’s zich dagelijks bewust van het feit dat ze een specialistisch vak
uitoefenen dat niet zomaar een het publiek kan worden uitbesteed. Want als
de publieke beer eenmaal los is, is hij niet meer in zijn hok te krijgen.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Camiel 7 januari 2018

Camiel Eurlings is hard gevallen. Van de kroonprins van het CDA en
prominent lid van het IOC tot dé loser van dit moment. De commentaren in
de media zijn niet mals en eensluidend: het is zijn eigen schuld.

Dat hij is gevallen lijkt me inderdaad zijn eigen schuld. Dat hij naar plekken is
getorpedeerd waar hij niet thuis hoort lijkt mij ook het CDA-kartel aan te
wrijven. Dat is een stelletje opportunisten dat deze glamourboy op het
wankele schild hees in de hoop daar later zelf de vruchten van te plukken.

Volgens sommige commentaren ging het mis op de avond dat hij zijn
toenmalige vriendin lichamelijk letsel toebracht. Volgens mij zit het in de
karakterstructuur van de man.

Ik zie hem nog staan op dat beruchte CDA-congres toen hij bijna tot tranen
toe geroerd een liefdesverklaring deed aan de toenmalige leider Maxime
Verhagen. Dat vond ik meelijwekkend. Daar stond een man die ze hadden
wijsgemaakt dat hij  de macht zou kunnen hebben en die dacht dat die
bereikbaar was door zich naar boven te likken.

Je komt ze vaker tegen: mensen die omhoog willen en daarvoor alles doen. Ze
vertellen mooie verhalen en zijn buigzaam. Totdat ze de macht hebben en zich
geen raad weten. Het enige dat ze weten is dat ze hoe dan ook aan die macht
vast moeten houden want zonder die macht zijn ze anoniem. Dat is het laatste
wat ze willen.

Het zijn mensen die niet begrijpen dat ze nooit groter kunnen zijn dan het
bedrijf, de partij of de organisatie waarin ze zichzelf naar de top hebben
gewerkt. Het zijn vooral mensen die zichzelf overschatten en niet willen
erkennen dat ze ook waardevol kunnen zijn als ze niet voortdurend in de
schijnwerpers staan. Je komt ze overal tegen.

Ik vind Camiel Eurlings niet per definitie een slecht mens.  Hij is keihard
gevallen en een loser. Dat is triest als je half veertig bent en nog een halve
loopbaan voor de boeg hebt. Camiel Eurlings is vooral een zielig figuur, maar
niet hopeloos. Dat hij nu in de media wordt afgemaakt is vervelend. Hij kan
zich troosten met de gedachte dat dat zo lang duurt totdat er een nieuwe loser
is. Over een half jaar is iedereen Camiel vergeten.

Tot die tijd moet hij de vaststelling dat het zijn eigen schuld is, ter harte
nemen want daar is geen speld tussen te krijgen. Ondertussen moet hij
nadenken over de vraag hoe hij zijn ervaring (die is nu al groter dan menig
mens in een heel leven opdoet) kan aanwenden om ergens nog een rol van
betekenis te kunnen spelen. Als troost kan hij bedenken dat hij ooit op eigen
gelegenheid ergens is gekomen waar hij opviel bij de mannetjesmakers.

  1. Arnoud (reply)

    20 januari 2018 at 22:43

    Het is nu twee weken later en nu al heeft niemand het meer over Camiel. Maar goed, hij kan altijd nog buschauffeur worden. Hij heeft tenslotte ervaring bij een grote vervoersmaatschappij.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Boef 6 januari 2018

Rapper Boef ligt weer eens onder vuur. Hij heeft vrouwen die hem een lift
wilden geven omdat zijn auto een lekke band had, op social media uitgemaakt
voor kech en dat is straattaal voor hoer.

Boef heeft meerdere malen laten blijken dat hij vrouwen zodanig minacht dat
hij zelfs te ver gaat voor zwartekousenouderlingen en bejaarde
djellabamoslims. Desondanks kan de door Boef gepleegde geestelijke
aanranding van vrouwen op grote bijval van jongeren rekenen. Ik hou mijn
hart vast voor de toekomst van een land vol boevianen op de apenrots.

Omdat Boef zo’n invloed heeft besteden ook gerenommeerde kranten
aandacht aan zijn walgelijke gedrag. Ieder op zijn eigen manier natuurlijk.
NRC duidde de herkomst van kech en andere woorden die schijnbaar
tegenwoordig gebruikt worden om vrouwen te benoemen. Ik zag in dat rijtje
ook mokkel en wijffie staan.

Die woorden kende ik, die werden in mijn jeugd al gebruikt in het stadje waar
ik opgeroeide. Mokkel was geen positief woord. Meestal werd dat
voorafgegaan door het woord gekke of achterlijke. Als ik er aan terugdenk wie
indertijd een achterlijk mokkel werden genoemd dan doemen toch vooral die
vrouwen op die zich niet aan toen geldende mores hielden. Ze traden buiten
de gebaande paden, bijvoorbeeld door zich anders te kleden dan anderen in
hun sociale klasse. Vandaag denk ik dat die vrouwen niet zo achterlijk waren
maar het slachtoffer van normatief gedrag van hun omgeving. Het woord
werd vooral door jaloerse vrouwen gebruikt.

Mokkeltje is een ander verhaal. Dat woord altijd voorafgegaan door een
bijvoeglijk naamwoord en wel lekker. Het waren natuurlijk mannen die dat
woord gebruikten. In mijn herinneringen waren  dat vooral de mannen die
uitgekeken waren op de seksloze schorten van hun eigen vrouwen.

Het woord wijffie werd in mijn jeugd vooral gebruikt door de tantes uit de
Randstad. Als die op bezoek kwamen begroetten ze andere tantes en de
nichtjes altijd met een langgerekt: halllooooo wijffie . . .  In tegenstelling tot
het verschrikkelijke woord wijf – wat ik alleen maar gebruik in deze context –
was wijffie een en al goedmoedigheid.

Er was in die tijd wel een woord waar ik als kind het schaamrood van op de
kaken kreeg. De ooms die op bezoek kwamen begroeten ons altijd met: Hè
pikkie . . . . .

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *