Ooit, ver voordat ik tijdelijk hoofdredacteur a.i. werd van Omroep Meierij, had
ik een sergeantsfunctie bij Omroep Brabant, dat ik liefkozend nog steeds mijn
omroeppie noem. In die hoedanigheid had ik eerder dan de troepen een
gesprek met een beoogd hoofdredacteur.
Tijdens dat gesprek vertelde deze nieuwe baas dat hij of directeur van Omroep
Brabant wilde worden of directeur van een dierentuin. Doe geen moeite, alle
grappen zijn al gemaakt. De hoofdredacteur diende zijn tijd uit en emigreerde
na zijn welverdiende pensionering naar Frankrijk waar hij samen met zijn
vrouw nu de scepter zwaait over een tuin. Een moestuin, waar hij ongetwijfeld
strijd levert tegen ongedierte.
Zijn opvolger had een grote staat van dienst in de journalistiek. Na een aantal
jaren bij ons nam hij de kuierlatten. Hij deed waar zijn voorganger van
droomde: hij werd directeur van Ecomare op Texel, waar hij jonge zeehondjes
vertroetelde.
Zijn opvolger kwam uit Hilversum en ging na een aantal jaren later terug naar
de landelijke omroep. Deze week las ik dat ook hij uiteindelijk heeft gekozen
voor een functie waarin hij iets kan betekenen voor dieren. Hij is
communicatieadviseur geworden van de stichting AAP.
Zijn opvolger combineerde jaren de functie van directeur en hoofdredacteur.
Die functies zijn uit elkaar gehaald. Hij is nog steeds directeur, voor het
hoofdredacteurschap is een nieuwe hoofdredacteur aangesteld. De komst van
die laatste en mijn vertrek vielen samen zodat ik nog nauwelijks contact met
hem heb kunnen hebben. Tijdens onze kortstondige kennismaking wekte hij
de indruk een aimabel mens te zijn. Hij heeft gezegd dat we hem gevraagd en
ongevraagd van advies mogen dienen. Ik adviseer hem in ieder geval alvast
een huisdier te nemen zodat de overgang straks niet zo zwaar valt.