Vocalies (420) Wenen (1) 20 november 2016

(Door Marlies)

Ze is weer terug, uw Vocalies, terug van een 4-daagse trip naar Wenen met
tien alleraardigste gasten van Musico.  Reden om hier weer eens een stukkie te
schrijven over de producties waar we getuige van mochten zijn. Ik heb u
bepaald weinig bediend in de afgelopen maanden; dat gaan veranderen.

De aardigste ‘productie’ was misschien wel Wenen zelf; als je van (klassieke)
muziek houdt moet je dáár zijn; de stad bulkt er werkelijk van. Je zou er
makkelijk een aantal maanden kunnen verblijven en dan iedere avond naar
een andere prachtige uitvoering kunnen gaan, gesteld dat je daar het geld voor
had, want goedkoop is de stad niet…

Goed, wij begonnen onze 4-daagse met een uitvoering van Giuseppe Verdi’s
‘Macbeth’ in het Theater an der Wien (dat kort geleden haar 10-jarig bestaan
als opera-theater vierde; het gebouw staat er al veel langer) .

Tijdloos als de thematiek van ‘Macbeth’ is (machtswellust en de desastreuze
gevolgen daarvan) , kun je er als regisseur alle kanten mee uit en juist daarin
schuilt het gevaar: regisseurs gáán er soms alle kanten mee uit, behalve de
goeie…

Even – in het begin – gingen de haren in mijn nek rechtop: ‘Macbeth’ begint
in de originele versie met een heksenkoor ergens op een vlakte in Noord-
Engeland en hier had de regisseur gekozen voor een nachtclub, en van het
koor androgyne wezens gemaakt door ze (geraffineerd, dat wel) voor de ene
helft man en voor de andere helft vrouw te laten zijn.

Ik moest eraan wennen maar sprak mezelf toe zoals ik mijn gasten had
toegesproken: “Zet je geest  open en ga mee in het parallelle universum dat
opera is en laat je meevoeren; probeer niet tegen de stroom in te roeien met
logica, want dan heb je geen avond…”. Vanaf dat moment ging het goed,
eigenlijk steeds beter.

De heksen zongen te mooi; bij ‘Macbeth’ in Boedapest zongen ze zoals ik het
voor deze rollen het liefste heb: schel, bij het lelijke af en daardoor
buitengewoon dreigend.

Dat ‘probleem’ van te mooi zingen gold eigenlijk ook  Lady Macbeth: te mooi,
bijna schools. Een hele jonge Adina Aaron (ik heb nergens kunnen vinden
wanneer ze geboren is) zong de rol en kwam er goed doorheen. Ze acteerde
geweldig, is een prachtige, slanke, zwarte vrouw en heeft alles mee, maar
wellicht is het nog wat vroeg voor deze zware rol.

Aan het eind in de even beroemde als beruchte slaapwandelaria koos ze er
– waarschijnlijk bewust – voor de hoge C niet te zingen, ze octaveerde ‘m en ik
zakte teleurgesteld terug in mijn stoel. Op die C had ik nou net mijn gasten
geattendeerd; als-ie lukt is-ie spectaculair en onvergetelijk. Als-ie míslukt
blijft-ie je achtervolgen als het onvermogen van het Nederlands elftal uit
penalty’s te scoren. Beter octaveren dan ‘m laten mislukken, maar ik vond het
een gemiste kans.

Niet onvermeld mag blijven dat onze ‘eigen’ Jeroen Bosch nog om de hoek
kwam kijken: aan het begin van de derde acte liet men een gazen doek zakken
en projecteerde daarop een bloedstollende video van de ergste scènes die hij
in zijn schilderijen ten tonele heeft gevoerd. Daaráchter heeft Macbeth zijn
tweede ontmoeting met de heksen, die hem gerust stellen met voorspellingen
die hij verkeerd interpreteert. Ik deed af en toe mijn ogen dicht, zó vreselijk
was de video. Meer en meer leken de beelden te kloppen bij de tekst van
Macbeth en dat was nou eens een vondst waar ik de regisseur om had kunnen
knuffelen.

De heksen zeggen Macbeth dat hij zal blijven overwinnen tot het woud van
Birnam tegen hem op marcheert en dat hij niet door een ‘gewone, uit een
vrouw geboren man’ gedood kan worden. Als de Schotten zich vervolgens bij
hun opmars verschuilen achter afgebroken takken van Birnam Wood en
MacDuff zegt dat hij niet gewoon uit een vrouw geboren is, maar uit de buik
van zijn moeder is gescheurd, zijn de rapen definitief gaar; Macbeth wordt
dodelijk getroffen, sleept zich naar zijn eerder overleden vrouw en sterft bij
haar, terwijl achter hen de nieuwe koning opstaat.

Een geweldige eerste avond dus, daar in Wenen. De mooiste van de drie, vond
ik… Buiten regende het dat het goot en dat hielp ons snel weer op aarde terug
te keren, uit het parallelle universum dat opera heet…

In het filmpje ‘de andere’ donkere Lady Macbeth die de rol beroemd heeft
gemaakt: Shirley Verrett. De geluidskwaliteit is niet top, maar de magie die er
van haar uit gaat wel!

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vocalies (419) 10 oktober 2016

(Door Marlies)

Ik heb een (voor)naamgenote gevonden in de vocale klassieke muziek, jawel!!! En nog een sopraan ook!
Ze heet Marlis Petersen. Goed, het is dan wel een ‘e’ minder dan in mijn voornaam, maar je spreekt het
hetzelfde uit!  Het is een Duitse coloratuursopraan en een goeie ook! In Wenen ga ik haar zien, in november
zingt ze daar de titelrol in Massenet’s ‘Manon’!

Zo Vocalies, kalm, kom uit je wolk en hou op met uitroeptekens strooien. Leg het effe rustig uit. Mijn volgende
reis met Musico zal in november plaatsvinden. Van 15 tot en met 18 november ben ik met gasten in Wenen.
Mocht u nog mee willen dan kan dat nog. Ga naar de website van Musico.

Op 16 november gaat daar in de Staatsoper de opera van Massenet, ‘Manon’. Marlis Petersen zingt er de
hoofdrol in. Ik bereid altijd een soort van lezinkje voor ter inleiding van de opera e kwam daar haar naam tegen.
Ooit wel eens in de verte van gehoord, maar nooit echt dichtbij geweest en dus zocht ik haar op op ons
onvolprezen internet. Pfoe, het is een naamgenote om trots op te zijn.

Kort biografietje dan maar?

Wat zo aardig is aan mijn naamgenote Petersen is het vermogen om haar stem kristalhelder te laten klinken,
te combineren met een alerte presentatie. Deze combinatie stelt haar in staat om zich met al haar rollen compleet
te identificeren. Dat had ik willen zijn en kunnen: ín zo’n rol kruipen, in plaats van als een soort toeschouwer te
blijven kijken naar het drama dat zich afspeelt.

Marlis Petersen werd geboren in Duitsland en studeerde piano en dwarsfluit, voordat ze zich aan zang ging wijden.

Aan het Conservatorium in Stuttgart studeerde ze bij Sylvia Geszty. Maar ze studeerde ook jazz-dance en tap-dans
aan de New York City Dance School in Stuttgart, simpelweg omdat ze een engagement kreeg in de showbusiness.
Ondanks dat bleef ze toch een verbintenis voelen met de klassieke zang  en dus studeerde ze daarin verder.
Dat betaalde zich uit in prijzen!

In 1994 begint haar professionele carrière als zangeres aan de Nürnberg Opera, met eerst wat kleineren rollen,
maar al gauw met de Königin der Nacht en Zerbinetta (in Ariadne auf Naxos).

Tussen 1998 en 2003 zingt ze bij de Deutsche Oper am Rhein in Düsseldorf-Duisburg; de rollen worden groter
en talrijker en ze gaat meer rondreizen. De rol die haar carrière echt heeft meegeholpen is die van Alban Berg´s ‘Lulu’.

Deze Lulu zong ze in 2002 voor het eerst in Wenen, met zeer lovende recensies. Inmiddels kent ze de rol van voor tot
achter en terug, omdat ze hem 18 jaar lang in verschillende ensceneringen gezongen heeft.

Dan is er een hele lijst van titels van rollen en plaatsen waar ze die gezongen heeft. En niet alleen een lijst van
operarollen, maar ook van concerten en CD-opnamen en van namen van dirigenten en ensembles waar ze mee gezonge
heeft.

En ‘Manon’ van Massenet?

Ach, de plot is genoegzaam bekend: de geschiedenis van het meisje Manon, dat de weelde en de vrijheid niet aankon
en berooid en ziek sterft in de armen van haar minnaar.

In het filmpje een mooie opname van de aria van Leonora in Giuseppe Verdi’s La Traviata: ‘E strano’. Op YouTube
is veel moois te vinden. Ik vond de filmpjes van Lulu wat te heftig voor hier en Leonora iets dichter liggen bij wat
Marlis in Wenen gaat doen, dus dat filmpje heb ik voor u opgeladen.

 

 

 

 

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vocalies (402) Jonas Kaufmann 19 april 2016

(Door Marlies)

Ik doe het niet gauw hoor, roddel en achterklap in Vocalies, maar dit
keer kan ik het niet laten….

Ik las vanochtend op Facebook al dat tenor Jonas Kaufmann in Wenen
al de zaal plat had gekregen met (de mooiste tenor-aria ooit!) ‘E lucevan le stelle’.
Een kwartier lang applaus was zijn deel en hij heeft ‘m uiteindelijk toch herhaald….

Ik verheugde mij er al op vanavond thuis te zijn en de opname te kunnen
beluisteren (bekijken heeft weinig zin: de opname is zo donker dat er
nauwelijks iets te onderscheiden is). Ik kan en mag mijn collega’s niet lastig
vallen met ‘klassiek lawaai’ (zo heeft een baas het ooit genoemd, echt!) en
mijn computer van het werk is er een uit het ‘jaar stillekes’, die kan geen
fatsoenlijke weergave van een filmpje geven, in beeld noch geluid…

Goed terug naar Kaufmann, Vocalies:  zaterdagavond flikte-n-ie het weer:
het publiek is zo gek van die aria én van de tenor dat er weer ellenlang
applaus is en hij de aria weer moet herhalen. Een praktijk trouwens die
hoog zelden voorkomt bij opera, meestal wacht de zanger in kwestie rustig
af en geniet hij van het applaus en als dat wat minder wordt zet de dirigent
voor het vervolg weer in.  Ik ken een opname met Rolando Villazon die
‘Una furtiva lagrima’ en Donizetti’s L’Elisir d’Amore’ ‘moet’ herhalen omdat
het publiek blijft jengelen. Ook al ontroerend, dus daar in Wenen zouden mij
zeer waarschijnlijk de tranen over de wangen hebben gestroomd….
ef, wat jammer dat ik er niet bij was!

Wat doet Gheorghiu (die Tosca zingt in deze productie)? Ze zegt vorige
week al in de pers dat ‘ze zoiets nooit zou doen’ (de aria herhalen dus)
en ze bracht zaterdagavond Kaufmann in een onmogelijke positie. Nadat
hij ‘E lucevan’ herhaald had moest hij verder in de derde acte en de dirigent
zette ook aan. Voor uw begrip: het is de scène op het dak van Castel
Sant’Angelo, waar de gelieven elkaar weer ontmoeten. Al wie er op kwam
voor het laatste deel van de acte, geen Gheorghiu. Volgens het berichtje
dat ik las moest hij improviseren. Hij zong  „Dov’è il soprano?“ en
verontschuldigde zich bij het publiek. Na twee volle minuten verscheen
de diva. Ze had in de tweede acte ook al moeite gehad met de chemie
tussen haar en Bryn Terfel die Scarpia zong, zo schrijft de pers een
beetje venijnig.

De kop boven het artikel en de blik van Gheorghiu op de foto erbij
spreken ook al boekdelen. Ik ben blij dat ik niet Jonas Kaufmann heet…

De Staatsoper-voorlichter ziet geen schandaal: Gheorghiu was ‘slechts’
te laat omdat de dirigent na de toegift meteen verder dirigeerde en
zij gerekend had op nog minstens twee minuten applaus. Ja, dat haalt je
de koekoek, je moet klaar staan in de coulissen, al als hij zijn aria nog aan
het zingen is… Wat een strekentante is het toch! Ze zei een aantal jaar
geleden ook al eens het Edisongala in het concertgebouw af omdat
collega-sopraan Anne Sofie von Otter volgens haar te veel aandacht kreeg en
liet zo een gelegenheid om met Thomas Hampson te zingen voorbij gaan,
nou dan ben je echt van het padje…. Met Hampson mogen zingen en het dan
laten lopen… Ik zou het wel weten: ik schopte mijn (zwaar verwaarloosde)
sopraan in de startblokken en ging, al was het het laatste op aarde wat ik deed.

In het filmpje een opname van de aria, gezongen door Kaufmann, niet de
versie van afgelopen week, maar wel een hele mooie! Zoete wraak van Vocalies!

  1. Wieneke (reply)

    19 april 2016 at 16:48

    Ik ben er verbaasd van. Dat diva’s met kuren nog steeds bestaan. Ik zou trouwens al dolblij zijn als ik gewoon naast Hampson mocht staan zonder mee te zingen. Dat is trouwens ook een veel beter idee, hoor. Dat ik dus niet zing. 🙂

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *