Varkens
Het waren twee drukke dagen. Brute dagen, zegt het jongvolk op de redactie
tegenwoordig. Het provinciebestuur maakte woensdag de plannen bekend
voor de toekomst van de veehouderij in Brabant. Dat was journalistiek een
hele operatie voor mij als politiek provincieredacteur van de regionale
omroep. Het is niet alleen maar een verhaal schrijven, maar ook TV- en
radio-items regelen. En dat moet allemaal naast andere werkzaamheden want
wij willen veel met weinig mensen.
Ik bespaar u de details want dat zijn vooral journalistendingetjes. Niet dat u
dat niet zou begrijpen, maar je had er bij moeten zijn om mijn stress te
kunnen voelen.
Een aantal journalisten had het nieuws onder embargo gekregen dus we
konden onze verhalen klaar zetten tot het moment waarop de provincie groen
licht gaf voor publicatie.
Direct daarna belde ik een voorman van de boerenorganisatie ZLTO voor een
reactie. Hij wist dat de beslissing was gevallen maar kende niet de details dus
hij wilde eerst inlezen. Hij had via de provincie inmiddels een dik rapport
gekregen en hij vroeg om een link van mijn verhaal. We spraken af dat ik een
uur later terug zou bellen.
Het eerste wat hij toen tegen mij zei was dit. “Ik heb je verhaal gelezen en ik
ben heel boos op jou”. Nou kun in je leven duizenden grote en kleine
verhaaltjes schrijven maar zo’n opmerking blijft vervelend. Er ging van alles
door me heen. Had ik het wel goed begrepen? Wat is er mis? Waarom is hij
boos op mij?
“Ik had beloofd dat ik de telefoon zou opnemen als je weer belde, dus dat doe
ik, maar ik ben dus wel heel boos op jou”, zei hij nog een keer. Schijnbaar had
hij het liefst mijn telefoontje genegeerd.
Waarom dan, vroeg ik. Dat hij boos zou zijn op de provincie kon ik snappen,
maar waarom op mij?
“Nou heb je bij dat verhaal weer een fotootje gezet met varkens die op elkaar
gefrot zijn. Alsof dat tegenwoordig nog gebeurt. Waarom zet je daar nou niet
een foto bij van varkens die netjes in een stal staan. Dat is de werkelijkheid”.
Een uur lang had ik alles gedaan om dat ingewikkelde verhaal begrijpelijk te
maken en dan dit. Maar hij heeft wel een punt dacht ik meteen. Zo’n foto is
het eerste wat mensen zien als ze het verhaal aanklikken. Ik vond het tamelijk
ondoordacht van mezelf dat ik niet een betere foto had gezocht. Ik weet toch
als oude krantenman dat beeld minstens zo belangrijk is als tekst. De
boerenvoorman herinnerde mij er weer eens aan hoe gevoelig zaken liggen en
hoe groot de verantwoordelijkheid is van een massamedium. Ik beloofde dat
ik direct een andere foto zou plaatsen. Daarna ging hij los in zijn
verontwaardiging. Op het provinciebestuur.