Feyenoord 26 april 2017

Het moet toch wel heel raar gaan als Feyenoord geen landskampioen wordt.
Zelfs als rechtgeaard PSV-supporter gun ik het de ploeg uit de Rotterdamse
volkswijk.

Natuurlijk had ik liever feest gevierd op het Stadhuisplein in Eindhoven maar
onze club was dit seizoen slappe hap dus wordt het uithuilen en opnieuw
beginnen. Dat is de cyclus waarin een voetbalsupporter leeft.

Ik merk om me heen dat veel mensen Feyenoord een kampioenschap
toewensen. De club heeft een grote gunfactor.

Waar die van mij vandaan komt weet ik wel. Dat heb ik te danken aan
mijn Rotterdamse familie. Daar logeerde ik als kind wel eens en daar hoorde
ik over Feyenoord dat toen nog Feijenoord heette. Ik associeerde de club
met fijne logeerpartijtjes, ritjes met de vrachtauto van het bedrijf van mijn
oom door Rotterdam een stad waar ik meteen van hield en nog van
hou.

Ik groeide op met Coen Moulijn en Eddy Pieters Graafland, later Wimpie
Jansen en de Kromme. Dat waren mijn helden. Wonend boven de rivier
hoorden wij eigenlijk nooit iets over PSV, dat kwam pas toen ik in  1988
naar het zuiden vertrok en ik dankzij mijn zoon naar de Frederiklaan werd
meegezogen.

Zo gaan die dingen soms. Nu ben ik een PSV-fan, maar Feyenoord betekent
voor mij vooral mooie jeugdherinneringen. Daarom gun ik ze het
kampioenschap, maar volgend jaar wil ik weer gewoon op het
Stadhuisplein in Eindhoven staan.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Turken 12 maart 2017

Zaterdagavond, met een goed humeur dankzij de overwinning van PSV, ben ik
via het NOS-Journaal en Twitter de problemen met de Turkse minister in
Rotterdam gaan volgen. Ik zag Kees van Dam aan het front. Er werd op dat
moment snel overgeschakeld naar Kees en verdomd de ME was twintig meter
opgeschoven. Dan waardeer je als kijker de publieke omroep.

Toen ik een uurtje later naar bed ging was er nog eens tien meter bijgekomen.
Op Twitter was het erger en ik leefde in de veronderstelling zondagmorgen
wakker te worden van het geluid van Turkse straaljagers. Maar ik werd
wakker van een koolmees die zich van geen kwaad bewust was en probeerde
een vrouwtje te verleiden.

Het eerste wat ik deed was uit het raam kijken. Er stond geen Turkse tank op
het kruispunt beneden. Gelukkig maar want dat is de kortste weg naar de
slijterij aan de overkant.

Vanmiddag op het terras in een Kempische uitspanning kon ik ook zonder
problemen een Leffe Blond bestellen. De eerste dit jaar na een stevige
wandeling door een bos waarboven de buizerds op de thermiek hoger en
hoger stegen.

Thuisgekomen las ik dat Turken in hun eigen land oranje sinaasappels
uitpersten uit protest tegen Nederland. Dat vond ik een goeie actie. Dat doe ik
ook elke morgen, niet uit protest, maar omdat ik een glaasje vers
sinaasappelsap bij het ontbijt lekker vind. Sinds ik dat doe heb ik geen
ochtendhumeur meer. Die Turken weten wel hoe ze chagrijn aan moeten
pakken.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Luchtspiegelingen 17 februari 2017

(Door Ab Klaassens)|

Als ik beroepshalve een flauwe vergadering van een Eindhovense
raadscommissie had bijgewoond kocht ik bij Jims Surinaamse toko, vlak bij
de – oude – studio van Omroep Brabant, meestal een pittig belegd broodje.

Jim, bekend met mijn bezigheden, wilde altijd weten wat ik de moeite van het
doorvertellen waard vond. Ik kon hem op zekere dag vertellen dat de
raadscommissie had ingestemd met de verstrekking van een flinke subsidie
aan een organisatie die het welzijn van in Eindhoven woonachtige Surinamers
zou gaan bevorderen.

“Dat moeten ze niet doen”, riep Jim vertwijfeld. “Weet je…dan gaan ze eerst
feest vieren en daarna gaan ze allemaal neven en nichten een baantje
bezorgen…

En dan is het geld op!

Jims vermoedens gelden helaas ook voor de kringen buiten die van onze
voormalige rijksgenoten. Door het parlement afgedwongen geldstromen die
bedoeld zijn om de onderkant van onze samenleving op te krikken zijn
dikwijls verdampt voor ze hun doel bereiken. Het geld gaat op in een circuit
van betaalde beroepsvergaderaars en rapportschrijvers die het dagloon van
een metselaar graag ontvangen als een uurloon voor zichzelf.  Hun
aanbevelingen verstoffen vervolgens in bureauladen. Als je te duur
gereedschap koopt voor de bouw van je tuinhuisje hou je geen geld over voor
stenen, hout en cement.

Veel van wat zo goed bedoeld is eindigt in een luchtspiegeling.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Duimpie 20 december 2016

Aleppo, Leonard Cohen dood, aanslagen in Nice en Berlijn, PSV op acht punten achterstand,
aardbevingen in Italië, Trump, Zwarte Piet.

Aan het eind van het jaar probeer ik altijd ergens in de wereld lichtpuntjes te zien.
Die zijn er.

Ik voel dat 2016 de geschiedenis in gaat als het jaar waarin de roep om een nieuwe democratie
eindelijk breed werd gehoord. De verandering zal zich niet binnen vijf jaar voltrekken, maar
als ik blijf leven volgens de statistieken dan maak ik nog mee dat het volk eindelijk echt een
stem krijgt.

In dat licht bezien hoop je dat anderen ook lichtpuntjes zien. Maar daarin ben ik teleurgesteld.
Trump is politicus van het jaar. Wilders is politicus van het jaar. Ik weet wel dat ze gekozen zijn
omdat ze het meeste invloed hadden op de media. Maar wat zegt het over de media dat ze politici
die tot nu toe geen enkele regeringsverantwoordelijk droegen, zoveel aandacht geven dat ze zulke
‘prijzen’  kunnen winnen?

Ik weet het niet. Laat ik het zo zeggen: je bereikt meer mensen als je quotes van Wilders rond
strooit dan wanneer je een saai maar nuttig wetsvoorstelletje van een backbencher onder de
aandacht brengt.

Dan de verkiezing van het woord van het woord van het jaar. Treitervlogger. Hoe kunnen mensen
in een tijd die toch al bol staat van negativisme ook nog eens zo’n woord kiezen?

In de jongerentaal stond ‘duimpie’  op 1. Dat zeggen ze als waardering. Dat is positief. Ik zet
mijn kaarten voor de toekomst op de jeugd

  1. ab klaassens (reply)

    20 december 2016 at 13:51

    Aan de door Een Vandaag georganiseerde verkiezing
    van de politicus van het jaar deden 45.000 mensen
    mee. Elfduizend deelnemers stemden op Wilders.
    Flauwekul dus. De parlementaire pers sloeg dit keer
    de eigen verkiezing van de pvhj over omdat geen
    enkele politicus aan de kwaliteitseisen voldeed.ab

  2. Laurent (reply)

    20 december 2016 at 22:09

    Ik ben veel banger dat het jaar 2016 weer herinnerd gaat worden als een jaar waarin men de democratie afschafte, als je naar het aantal autoritaire regimes kijkt dat overal opduikt.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Het is ruk 7 december 2016

De grote donkere supporter die voor mij zit in het stadion  was gisteravond
niet met zijn vaste maatje, die hij ‘mijn broertje’ noemt. Ik weet niet of het echt
zijn broertje is of dat het een brother is. De grote is altijd zorgzaam voor de
kleine. Een arm om hem heen, een knuffel . . .

Gisteren schoof de grote donkere man langs mij heen met iemand die
soms het broertje vervangt. Ik weet wel waarom die kleine af en toe
niet in het stadion is. Hij heeft me in de rust wel eens verteld dat
hij regelmatig “binnen” zit. Hij was verslaafd aan alles dat een mens
kan snuiven, spuiten en slikken vertelde hij me.

Maar als hij er was, was het pret. Zijn enthousiasme werkte
aanstekelijk. Zijn grote oppasbroer bekeek het allemaal met een
ondeugende blik in zijn donkere ogen.

Gisteravond was de kleine man er niet bij. In de pauze draaide de
grote zich naar mij om. “Het is shit man”,  zei hij tegen mij. Ik
beaamde het en zei: na de rust zal PSV meer risico moeten nemen.
“Nee man”,  zei de donkere man. “Chrisje is er niet meer”.

Ik schrok want ik zag in zijn betraande ogen meteen wat hij
bedoelde. Toch vroeg ik: “Is hij overleden”.  “Ja man”, zei hij.
“Mijn broertje is er niet meer. Het is ruk”. We knuffelden. Het is ruk.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Max 6 november 2016

Ik heb vanmorgen in het Omroep Brabant-programma Sportlunch weer een gesproken
column gehad in de rubriek: “de ergernis van . . .  .”. Hieronder de tekst.

Max Verstappen. Wie ergert zich niet aan onze Formule 1-coureur? Nou ik bijvoorbeeld.
Mijn interesseert autoracen niet, laat staan dat ik mij erger aan Max Verstappen. Sterker nog,
ik heb niet eens een auto. Mijn vrouw heeft een auto, die wij samen gebruiken. Ik ben het
type man dat alleen mee gaat voor de kleur als zij een nieuwe koopt om aldus de autoverkoper
in verwarring te brengen.


Waar ik mij wel aan erger is aan die mensen die Maxje de hand boven het hoofd blijven
houden omdat hij ons land mogelijk weer op de kaart zou kunnen zetten in de wereld van de
autoracerij.

Waar praten we over. Een jochie. Max is negentien. Een leeftijd waarop minder getalenteerde
jong volwassen de ene helft van de week teren op hun laatste kroegfeest en de andere helft
met vrienden snatchappen om af te spreken voor het volgende feest. Max niet. Max moet
edisciplineerd leven. Hij moet zich concentreren op de volgende race. Maar waar die andere
leeftijdgenoten zich in het weekend te buiten gaan aan drank, wil Max op het circuit naast
de post pissen of beter gezegd, naast de baan rijden voor een paar puntjes. Want wij willen
dat hij puntjes pakt. Dat is goed voor onze nationale trots.


Maar moeten we die jongen dan blijven knuffelen zoals de veel ouders hun kinderen in
bescherming nemen. Nee, we moeten hem opvoeden net zoals we in ieder geval proberen onze
eigen kinderen in het gareel te krijgen als ze voor de vijfde keer op maandagmorgen niet uit hun
bed  te trimmen zijn. Je hebt er niks aan om Max te pamperen. Hij moet aangepakt worden. Wij
moeten er straks als natie trots op zijn als hij wint dankzij het feit dat wij hem met z’n alle de
juiste weg hebben laten gaan.


Dan hebben we ook nog het gevalletje Luuk de Jong, de spits van PSV die momenteel geen
deuk in een pakje boter schopt. Hij wordt door de massa verguisd, terwijl hij – in tegenstelling
tot Max – heeft bewezen dat hij wel degelijk een topper is. Luuk is geen 19 meer, maar 26. In
mijn ogen nog steeds een jonge man. Hij ligt ook onder een vergrootglas. Hoeveel mensen van
half twintig leven onder zo’n enorme druk zonder dat ze levenservaring hebben. Hij wordt niet
beter als een heel stadion hem uit fluit.

Zoals we Max af en toe een schop onder z’n kont moeten geven, moeten we Luuk af en toe juist
wel pamperen. Een beetje zoals een opvoeder met zijn kinderen om gaat. Soms moet je ze kastijden,
soms moet je ze een aai over een bol geven. Maar ja opvoeden is oneindig veel moeilijker dan
autoracen en voetballen.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

München 21 oktober 2016

Voetbaltrips naar het buitenland bestaan doorgaans uit vier onderdelen:
bier drinken, het rondpompen van alsmaar sterker wordende verhalen
over voorgaande trips, het zingen van strijdliederen en de wedstrijd
zelve.  Het belang van deze laatste activiteit moet in het totaalplaatje niet
worden overschat.

Wij zullen onze trip met PSV naar München vooral herinneren als de trip
van de jeugdherberg. Dat kwam zo. Bij aankomst in de Beierse hoofdstad
bleek het door één van ons via Airbnb gereserveerde appartement nep.
Lang verhaal kort: we waren opgelicht.

We zijn de eerste uren van ons verblijf in de stad bezig geweest met het
regelen van vervangende logeerruimte. Vanwege de enorme toestroom
van PSV-supporters was er voor zes kerels samen alleen nog maar plek in de
herberg, de jeugdherberg. Smalle kamer, drie stapelbedden, linoleum
op de vloer, douches en toiletten aan het eind van de gang. Mooi, want
het verhaal voor de volgende trip was op dat moment al geschreven.

Voor de bierdrinkers was het daarna een Walhalla. Er werden literpullen
getapt. Het leken de Oktoberfesten wel waaraan mijn medereizigers
dierbare herinneringen hebben, die ze  graag met anderen delen. Voor zover
ik begreep is het verschil dat het legen van de pullen tijdens de festen twee
uur eerder begint.

Aan het begin van de middag waren de kansen voor PSV tegen Bayern
te verwaarlozen. Op het moment dat de stoet zich zingend en klotsend
naar de Allianz Arena begaf achtte een aantal overmoedigen een
gelijkspelletje niet onmogelijk.

Eenmaal uit de metro grifte zich de tweede herinnering voor de volgende
trip zich in ons geheugen. Het stadion. De Allianz Arena in het rood van
Bayern, opdoemend als een vliegende schotel. We keken er naar als
kinderen die voor het eerst in de Efteling komen. En we werden klein, heel
klein. En dat bleven we, de hele avond lang.

  1. Karin (reply)

    21 oktober 2016 at 16:07

    🙂
    Ik heb helemaal niets met voetbal, maar dit is leuk.

  2. Corne Buijs (reply)

    22 oktober 2016 at 10:41

    Weer een mooie episode met herinneringen om mee thuis te komen en ons op te maken voor een volgende buitenlandse trip. In spanning wacht ik een volgend verhaal af!

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Trommelaar (2) 28 augustus 2016

(Door Ab Klaassens)

Jan de Vries recenseerde onlangs het optreden van een trouwe trommelaar
tijdens de thuiswedstrijden van PSV als ‘sfeerverhogend’.

Ik denk dan aan de stakkers met hun dure seizoenskaarten in hetzelfde
supportersvak. Maar goed, je moet wat over hebben voor de geestelijk minder
bedeelden. Je doet wat proppen in je oren en gaat als je drie keer ‘kruisjassen’
hebt verstaan als ‘je kruis wassen’  maar eens op zoek naar het adres van Beter
Horen.

Dit opent volgens mij nieuwe perspectieven voor de sponsoring van de alom
geliefde voetbalorganisatie. Er komt een door Beter Horen gefinancierd
supportersvak met gereserveerde plaatsen voor de trommelaar en Jan de
Vries.

Beter Horen schakelt vervolgens één van zijn brilverkopende concurrenten in
voor co-sponsoring van speciale brillen voor  Luuk de Jong bij het nemen van
strafschoppen.

  1. jan (reply)

    29 augustus 2016 at 10:20

    Ik weet niet wie jij geestelijk minder bedeeld vindt, maar de trommelaar is dat niet.

  2. ab klaassens (reply)

    29 augustus 2016 at 13:40

    Dan is er dus aan mij een steekje los.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Sint-Trudo 15 juni 2016

Er zijn mensen die door de ene helft van het publiek gelauwerd
worden en door de andere helft verguisd. Thom Aussems is zo
iemand.

Hij is al heel lang directeur van woningcorporatie Trudo in
Eindhoven. Ik behoor tot zijn bewonderaars. Dat dat maar duidelijk
is. Aussems is een visionair, één van de bedenkers van Strijp-S,
de ombouw van oude Philipsfabrieken tot één van de hipste wijken
van Nederland.

Zijn tegenstanders vinden dat hij te veel buiten de paden van een
woningcorporatie treedt en te roekeloos met andermans centen
omspringt. Ze vinden hem een megalomane egotripper.
Ikzelf denk dat hij de grenzen opzoekt en als kleine burgerman kan
ik daar jaloers naar kijken.

Het moderne Eindhoven zijn vooral de inwoners die af en toe
ruimte geven aan dwèrsklippels van wie sommigen misschien
wel egotrippers zijn. Aussems is er daar één van. Maar voor mij
zijn dat ook burgemeester Rob van Gijzel, PSV-saneerder Tiny Sanders,
Lidewij Edelkoort (Design Academy) en de koning van de
evenementen Tinus Kanters.

Trudo bestaat 100 jaar en daarom gaan Aussems c.s ruim 400
miljoen investeren in het welzijn van de stad. Er komen veel
sociale huurwoningen, duurzaamheid krijgt een impuls en de
portemonnee van de huurders wordt ontzien. Aussems
snoert de criticasters de mond.

Eén van de opmerkelijkste ideeën is dat huurders die hun nieuwe
allochtone buren helpen bij de integratie korting krijgen op de
huur.

Trudo werd 100 jaar geleden door de katholieke kerk opgericht
als tegenhanger van het woningbouwbedrijf van Philips. De kerk
wilde ook daar een vinger in de pap. Toen was het nog Sint-Trudo.
Later werd dat Sint geschrapt.

Als eerbetoon aan de historie heeft Trudo ter gelegenheid van het
honderdjarig bestaan de oude naam in ere hersteld. Sint
is weer van stal gehaald. Het is weer Sint-Trudo. Waarom die geur
van wierook opnieuw  om de corporatie hangt is mij niet helemaal
duidelijk. Maar ja Aussems functioneert waarschijnlijk alleen als
zelfs zijn voorstanders af en toe de wenkbrauwen fronsen.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Supporters 11 mei 2016

Er is ophef ontstaan over een anti-joods liedje dat PSV-supporters
maandagavond hebben gezongen. Ik kende de tekst, op onze voetbaltrips naar
het buitenland hoor ik het wel eens. De tekst is te gruwelijk voor woorden.
Jammer want de oorspronkelijk tekst van het liedjes is grappig.

Mijn vader die werkt bij Philips, Mijn moeder die werkt op Strijp-S
En samen maken ze daar lampen, Van Philips die branden het best!

De ophef is ontstaan omdat er op internet een filmpje rond gaat waarop de
zangers van het anti-joodse liedje te zien zijn. Tot nu toe bleef hun gehoor
beperkt tot de supporters rondom hen.

Mijn ervaring is dat de regels van het liedje meestal maar één keer worden
gezongen, daarna duiken er altijd wel een paar mensen op om de zangers te
vertellen dat ze dat niet kunnen maken. De schaamte bij de anderen wint het
altijd van de lol van de zangers.

De zangers die ik heb gezien waren meestal jochies die ’s morgens slecht
hadden ontbeten waardoor ze geen bodem hadden voor de sloten bier die ze
op zo’n wedstrijddag nuttigen. En dan heb ik het nog niet over hun
uitpuilende ogen.

Het vervelende van die gastjes is, dat ik aan mijn vrienden moet uitleggen
waarom ik toch zoveel lol beleef aan het supporteren van PSV. Ik heb ook al
moeten uitleggen dat ik (en 99,9 procent van de supporters met mij) niet tot
die groep ééncelligen behoor die bij het zien van een vrouw onmiddellijk
schreeuwen dat daar een piemel in moet.

Net als in andere groepen heb je in de supportersgroepen mensen die
ontsporen of niet sporen. Ik durf wel op te schrijven dat hun brandstof bier
is. Als ze de volgende dag met een knetterende koppijn opstaan hebben ze al
spijt van hun wangedrag. Waarmee ik dat natuurlijk niet goed wil praten.
Integendeel.

De leiding van PSV heeft de zaakjes op dit moment sportief en technisch goed
voor elkaar. Ik denk dat het een illusie is om de ongrijpbare
supportersschare onder controle te krijgen. Je kunt die massa niet opvoeden.
Je kunt wel de rotte appels er uit snijden met stadionverboden. Dan bedoel ik
niet voor een half jaar, maar voor hele lange tijd. En met een meldplicht, drie
uur voor de wedstrijd, want de meeste van die gasten gaat het om het
indrinken en zo’n wedstrijd kunnen ze ook in de kroeg kijken in plaats van
het stadion.

Daarmee voorkom je niet dat die amoeben niet meer met de
supportersgroepen optrekken. Je kunt dan als voetbalclub tenminste wel
zeggen dat het niet jouw supporters waren. Doorpakken is het enige wat helpt.
Al was het maar om te voorkomen dat alle goedwillende supporters na
thuiskomst uit Madrid (een tripje dat best een aardige cent kost) niet alleen
maar hoeven uit te leggen dat zij geen muntjes naar bedelaars hebben
gegooid.

 

 

  1. Wieneke (reply)

    11 mei 2016 at 12:50

    Ik snap nooit hoe die lui aan zoveel geld komen. Van een uitkerinkje kan dat toch niet? En als je werk hebt….. moet je toch zorgen dat je het houdt, want voor jou heeft de baas tientallen anderen in de rij staan. Ik neem aan dat een werknemer met kater en uitpuilende ogen toch niet fris en fruitig in de werkplaats staat te sleutelen.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *