Best meneer Kuzu . . . 28 februari 2018

(Door Ab Klaassens)

Beste meneer Kuzu,

Ik wil u er op wijzen dat u heeft gezworen het algemeen belang te dienen,
zonder ‘last of ruggespraak’ wat betekent dat u om lid van het parlement te
worden niemand iets heeft beloofd en dat u zich bij al uw beslissingen
uitsluitend zal laten leiden door uw eigen oordeel.

Het ‘algemeen belang’  dat u moet dienen is het Nederlands belang. Dat is dus
het belang van alle inwoners van Nederland. Inwoners van Nederland die in
Nederland met Turkse vlaggen zwaaien om het beleid van een Turkse dictator
te ondersteunen staan op het verkeerde plein en op het verkeerde been.

Ze zijn in Nederland omdat ze het hier beter vinden dan in het land van hun
vlaggen. Ze zwaaien dus voor een leugen. In het land waarvoor zij vlaggen laat
dictator Erdogan iedereen in de gevangenis gooien die hem tegenspreekt. U
vindt alle Turken die anders denken dan Erdogan ‘landverraders’.

U weet niet waar u woont.

PS  En het aardige is: Kuzu = lammetje.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vluchtelingen 30 mei 2016

(Door Ab Klaassens)

Glimmend van tevredenheid constateert premier Rutte dat de afspraak
die Europa met Turkije heeft gemaakt over de indamming van de
vluchtelingenstroom goed werkt. De instroom via Turkije naar Griekenland
neemt af.

Tegelijkertijd stijgt de toevloed van migranten uit Afrikaanse landen
die via Libië en Italiaanse eilanden Europa proberen te bereiken. Daarover
gaan de afspraken met Turkije niet.

Afspraken met Libië zijn niet mogelijk omdat niemand weet wie er in
Libië aan de macht is.

De akkers in veel Afrikaanse landen staan droog, het vee sterft, de
kinderen kunnen niet meer naar school. Wanhoop drijft de mensen
die nog niet door apathie zijn verslagen naar de rubbervlotten van de
mensensmokkelaars.

Wie de tocht overleeft heeft geen terug en geen vooruit.

Door een wand van prikkeldraad en schaamte reiken wij wat voedsel aan.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Ebru Umar 28 april 2016

NRC Handelsblad deed dinsdag op de voorpagina een moedige
poging uit te leggen dat premier Rutte en onze minister van
buitenlandse zaken Koenders het wel hebben opgenomen voor
Ebru Umar.

Deze Nederlandse columniste werd in Turkije gearresteerd omdat
ze zich de toorn van Erdogan op de hals had gehaald.

Als ik alle emoties en de verontwaardiging over deze kwestie
uitschakel  denk ik onwillekeurig aan de woorden die Rutte en
Koenders in de beslotenheid van het torentje werkelijk  tegen elkaar
gesproken zouden kunnen hebben.

Iemand noemde Umar, een leerling van Theo van Gogh, iemand
die van kwetsen haar beroep heeft gemaakt. Ik vermoed dat een
zwijgende meerderheid vindt dat iemand die zo haar geld verdient
– geen emotie geen verontwaardiging! – niet moet zeuren als je in een
leeuwenkooi stapt, de leeuw uitdaagt en vervolgens een kras
oploopt als de leeuw zijn klauw uit slaat.

Het lijkt mij dat onze bewindslieden tot die groep behoren maar
doen wat ze moeten doen: opkomen voor een bedreigde staatsburger.

Maar zou het zo kunnen zijn dat ze in de veilige omgeving van
een ministerskamer  tegen elkaar hebben gezegd: had dat mens
in Turkije niet gewoon vakantie kunnen vieren en haar werk van
kwetsende columnist even los kunnen laten. Turkije is een prachtig
land waar je volop kunt genieten van een eeuwenoude cultuur.

Nu moeten die bewindslieden volop aan de bak om de immer
verontwaardigde oppositie tevreden te stellen. Doen
ze wel genoeg  om Ebru Umar uit de leeuwenkooi te redden
waar ze vrijwillig in is gestapt? En zo ja, kunnen ze dat dan in een
minstens tien kantjes tellende kamerbrief uit de doeken doen?

Als Umar terugkeert in Nederland zullen de talkshowredacties zich
op haar storten als een troep leeuwen, die haar dit keer niet willen
verscheuren maar als een heldin door de arena willen leiden.
Redacties die er naar snakken met Umar zelf te  spreken omdat
heel Nederland nu wel weet wat Fidan Ekiz er van vindt.

Misschien zullen ze premier Rutte of minister Koenders ook aan
tafel willen hebben. En dat die twee elkaar dan aankijken. “Wij
moeten naar Brussel”,  hoor ik Rutte dan zeggen. En dat Koenders
dan zegt: “Naar Brussel? Vanavond? Och ja natuurlijk wij moeten
naar Brussel“.  Hun woordvoerders bellen de redacties af.

Maar het kan ook heel anders toe gegaan zijn in de beslotenheid
van het torentje. We kunnen niet in de hoofden van ministers
kijken tot ze over dertig jaarhun memoires schrijven of een
filmmaker een gedramatiseerde versie maakt van de recente
gebeurtenissen.

Mits we op dat moment niet bezet zijn door Turkije, weet dan
niemand meer wie Ebru Umar was.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *