(Door Ab Klaassens)
Ooit moesten vanwege de vooruitgang de bochten uit rivieren en beken, zodat
het water sneller wegliep naar de zee en de boeren geen last hadden van
overstroomde weilanden en akkers.
Doordat het water wegliep naar de zee daalde de grondwaterstand en moesten
de boeren nieuwe pompen kopen om hun weilanden en akkers te bevloeien.
Ooit moesten de boeren door ruilverkaveling groter worden zodat ze hun
grond met machines konden bewerken. Daarom moesten de klassieke
houtwallen langs akkers en weilanden weg. In die houtwallen woonden de
vogels die insecten aten die schadelijk waren voor de oogst.
Toen de vogels waren vertrokken hadden de insecten vrij spel en moesten de
boeren bestrijdingsmiddelen kopen om hun oogsten te redden.
Door dat alles werden de boeren op kosten gejaagd, maar de Rabo-bank, de
CHV- veevoederfabriek en aanverwante organisaties brachten redding met
goedkope leningen voor de bouw van stallen waarin ook kleine
grondeigenaren een goede boterham konden verdienen. De intensieve veeteelt
– veel productie op weinig grond – was geboren.
Inmiddels zitten de boeren tot over hun oren in de schulden. En wij in de
stront.
Wieneke
6 juli 2018 at 10:32
Amen!