(Door Ab Klaassens)

Wat voor de oorspronkelijke bewoners van de Caraïbische eilanden de
barbacua was is voor de Europeanen, al dan niet verhuisd naar Amerika, de
barbecue geworden.

De door westerse ziekten en het geloof van Rome uitgeroeide oorspronkelijke
bevolking gebruikte de barbacua voor het roosteren van een zoete aardappel
of een zelf gevangen visje boven een bescheiden vuurtje van droge takken.

Recentelijk was ik gast van een barbecue-party  in de tuin van een  echtpaar
dat niet zuinig hoeft te zijn. Daar stonden vier gastgestookte roosters op een
rij, elk met een afmeting van een halve vierkante meter. De gastheer kwam uit
zijn kelder met enkele kratten vol in plastic verpakte vleselijke voorwerpen.

Ik herkende gekookt varkensvlees samengeperst tot iets dat op een karbonade
moest lijken, ik zag schijven oranje worst die moesten doorgaan voor
hamburgers, er waren lange repen buikspek, bruin van de suiker,  en ik zag
stukjes vlees op stokjes , vermoedelijk sateh van kip, het enige echte.

Mijn ellende was dat de gastheer van mij verlangde dat ik die rommel op zijn
gasvuurtje opwarmde en van roostersporen voorzag.

Wijlen mijn zwager had ook een hekel aan dat gedoe. Hij noemde het
barbeknoeien.

,

  1. Wieneke (reply)

    19 juli 2017 at 17:15

    Brrrrr…. barbecue. Mag ik passen?

  2. Groninganus (reply)

    23 juli 2017 at 19:47

    Ik doe ook niet mee.

    Vooral met rood vlees heeft menigeen zich dankzij de bbq de gekke koeienziekte op de hals gehaald. Vaak wordt immers alleen het buitenkantje gaar. En als een stuks vlees wel van binnen gaar wordt, zit er zoveel verkoold spul op de buitenkant dat je een acute maagkanker riskeert. 🙂

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *