(Door Ab Klaassens)

Mijn vader was een Groninger, een man van de stad, een stadjer. Hij werd
Amsterdammer, zijn zuster bleef Groningse en haar dochters eveneens. Eén
van de dochters wilde, toen zij in Amsterdam logeerde haar Gronings dialect
maskeren. Tijdens het avondmaal bij mijn ouders vroeg zij om ‘nog een
schepje appelmuis’.

In het Gronings is een muis een moes. In het Gronings is  een broek soms een
boks en een spijker een spieker. Als je een Groninger vraagt waar je een
spijkerbroek kunt kopen moet je maar afwachten waar je terecht komt: C&A
of de Mediamarkt.

, , ,

  1. Harry Perton (reply)

    19 april 2017 at 18:31

    Nee Ab, een broek is in het Gronings geen boks, maar een boksem.
    Met excuses dat ik je relaas nu onderuithaal.

    Overigens heeft de figuur van de Groninger die ABN probeert te spreken in het verleden geleid tot het literaire karakter van mevrouw Slapsma Tiessens. Deze boerendochter voelt zich mijlenver verheven boven al dat platte, maar in haar taalgebruik schemert het aan alle kanten door. Zie voor een staaltje:
    https://groninganus.wordpress.com/2008/03/19/slapsma-tiessens-op-fiedelsepee-bij-fongers/

    Een vriendelijke groet vanuit het Groningse!

  2. Laurent (reply)

    20 april 2017 at 18:56

    Merkwaardig, ook in het Limburgs is een broek zoiets als een boks. Moet toch een woord zijn dat zich over een groot deel der Lage Landen verspreid heeft.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *